- 3 - stellen. Het lid RENNINGS stelt het lid Plevier candidaat. De stemming heeft tot resultaat: lid Plevier: 10 stemmen, blanco: 3 stemmen. Benoemd is derhalve het lid Plevier. Het lid PLEVIER verklaart desgevraagd zijn benoeming te aanvaarden. De VOORZITTER zegt dat vervolgens dient te worden overgegaan tot benoeming van de vier leden» die op voordracht van het college van bur gemeester en wethouders, door de raad moeten worden benoemd. Hij stelt aan de orde de stemming over deze voordrachten. Voordracht I. De stemming heeft tot resultaat: de heer F.C. Veeke: 12 stemmen de heer C.M. Kepers: 1 stem. Benoemd is derhalve de heer F.C. Veeke. De VOORZITTER zegt te weten dat de heer Veeke zijn benoeming zal aanvaarden Voordracht II. De stemming heeft tot resultaat: de heer H.M.M.A. Heijtveldt: 11 stemmen de heer K. Mourits: 2 stemmen. Benoemd is derhalve de heer H.M.M.A. Heijtveldt. De VOORZITTER zegt dat het burgemeester en wethouders bekend is dat ook de heer Heijtveldt de benoeming wil aanvaarden. Het lid VAN DER GRAAF zegt dat bij deze stemmingen de meeste raads leden moeten blindvaren op de voordracht van burgemeester en wethou ders, voor zover men de mensen niet kent, die door het college van bur gemeester en wethouders zijn voorgedragen. Hij informeert of de voorzit ter iets meer vertelt over de voorkeur en waarom die voorkeur is ont staan. Hij had graag zelf deze kwestie willen onderzoeken, maar hiervoor ontbrak hem helaas de tijd. De VOORZITTER antwoordt hierover ook niet erg veel te kunnen zeg gen. Het college van burgemeester en wethouders was gehouden aan het doen van voordrachten, ingevolge de verordening, die tijdens de vorige vergadering is vastgesteld. Het college van burgemeester en wethouders heeft ook even met de vraag gezeten hoe dit te doen. Burgemeester en wethouders zijn toen op het idee gekomen om oproepen te plaatsen en hier op zijn drie candidaten gekomen. Het viel zo uit dat deze alle drie in de voordracht konden worden opgenomen. Uit het feit dat men zich voor deze commissie aanmeldt en met een bepaalde kwalificatie erbij was het college van burgemeester en wethouders van mening dat er alleszins waarborgen aanwezig waren dat bij de mensen de interesse, de tijd en de deskundigheid, die hiervoor gevraagd worden, aanwezig waren. De heer Gerritzen heeft het college van burgemeester en wethouders zelf aange zocht. De heer Gerritzen zal waarschijnlijk geen benoeming aanvaarden, maar was wel graag bereid op de tweede plaats te gaan staan en dus in principe later misschien nog wel eens zitting in de commissie wil nemen. Er zijn reacties ontvangen van de heren Bruijn, van Hoof en Fens, die zich naar aanleiding van de geplaatste oproep hebben aangemeld. Het lid RENNINGS merkt op dat zijn fractie met hetzelfde probleem "1

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1975 | | pagina 85