- 2 -
hem voorkomt dat dit al meteen op moeilijkheden stuit, omdat de heer
Rennings zich niet als candidaat zal willen opwerpen.
Het lid RENNINGS zegt aan de ene kant gevleid te zijn met het in
hem gestelde vertrouwen van de zijde van de fractie van de heer de Veth.
Hij gelooft echter dat het niet goed is dat men als viermansfractie
twee mensen levert voor een commissie, waarvoor zowel de raad en het
college van burgemeester en wethouders gezamenlijk de mensen leveren.
Hij is van mening dat dit de participatie van de overige raadsfracties
niet ten goede komt. Daarbij komt nog dat het hier niet alleen een
financieel aspect betreft, maar dat er ook technische aspecten aan zit
ten. Er zitten ook aspecten aan van betrokkenheid en er zijn aspecten,
die de hele burgerij aangaan. Op grond van deze overwegingen en mede
gelet op het feit dat het .financiële aspect, naar zijn overtuiging, in
de persoon van de heer du Pont ruimschoots aanwezig is, ziet hij af van
bedoelde candidaatsstelling. Bovendien kan van de zijde van het corps
van ambtenaren de deskundigheid, voor zover die nog nodig mocht zijn,
worden aangevuld. Mede op grond hiervan meent zijn fractie, ondanks het
feit dat het op prijs wordt gesteld dat de fractie van de heer de Veth
hem, als lid van O.N.S. candidaat stelt, toch te moeten volharden dat
het volgens hun visie niet gewenst is, dat twee mensen uit zijn frac
tie van de commissie deel uitmaken.
Het lid N. VAN HOOF zou, namens zijn fractie, toch willen zeggen
dat zijn fractiegenoten zich willen houden aan hetgeen informeel is
afgesproken, namelijk het stellen van de candidatuur van de heren Ple
vier en van der Graaf. Als criteria neemt zijn fractie niet zo zeer
hiervoor de financiële deskundigheid, hoewel zij daaraan ook wel bij
zondere aandacht willen besteden, maar de mate waarin bepaalde raads
leden zich voor de zaak interesseren en al een bepaalde deskundigheid
hebben opgedaan, door zich in deze materie te verdiepen. Hem is duide
lijk gebleken, dat met name de heer van der Graaf, bij eerdere behan
deling van deze zaak zich zodanig in deze materie verdiept heeft, dat
hij bij uitstek de man is gebleken, die zich deze materie het meest
eigen heeft gemaakt. Op grond daarvan zou zijn fractie toch de candi-
datuur willen steunen van de heren Plevier en van der Graaf, hoe zeer
hij ook waardeert dat de fractie van de heer de Veth hem voor deze
commissie candidaat wil stellen.
Op voorstel van de VOORZITTER vormen de leden van Elzakker en
Rubbens de commissie van stemopneming. Hij stelt aan de orde de be
noeming van de leden door en uit de raad voor de Commissie Beheer
Centrale Antenne-inrichting,
Het lid N. VAN HOOF zegt voor te willen stellen eerst te stemmen
over de candidatuur van het lid van der Graaf. Hij stelt voor deze
eerste vacature het lid van der Graaf candidaat.
De stemming heeft tot resultaat:
lid van der Graaf10 stemmen
blanco: 3 stemmen.
Benoemd is derhalve het lid van der Graaf.
Het lid VAN DER GRAAF verklaart desgevraagd zijn benoeming te aan
vaarden.
De VOORIZTTER zegt dat nu gestemd zal worden over de tweede vaca
ture. Hij vraagt of een der raadsleden hiervoor nog een candidaat wil
3