- - 36 - zijn geen optievergoedingen, die in deze vorm veel voor zullen komen. Er worden wel opties verleend, maar met name de bepaling van de terugvorder- baarheid van de optie binnen een bepaalde termijn, wordt niet zo vaak gedaan. Hij dacht dat men deze kwestie moest zien in het licht van de komst van Hunter Douglas indertijd naar Oudenbosch, met alle prognoses en plannen, die er toen waren opgesteld. Hij moet in alle eerlijkheid zeggen dat het college van burgemeester en wethouders het betreurt, ook Hunter Douglas kan daaraan niets doen, dat die plannen nog niet verwezen lijkt zijn en Hunter Douglas genoodzaakt is deze optievergoeding terug te vragen en geen gebruik maakt van het optierecht. Het bedrijf heeft zich niet kunnen ontplooien op de wijze, zoals deze toen gezien werd. Op het moment dat dit bedrijf aanbood zich in Oudenbosch te vestigen heeft het toenmalige college en de toenmalige raad gemeend de toen ge stelde voorwaarden in die vorm te moeten accepteren, omdat het toch voor Oudenbosch een bijzonder aantrekkelijk werkgelegenheidsobject was. Het was een bedrijf, waarvan toen de prognoses uitgingen, dat het aan 600 of meer mensen werk zou bieden, hetgeen voor Oudenbosch toch een uniek groot bedrijf was. Dat is de reden geweest waarom men toen uiteindelijk tot deze stellingname is gekomen. In antwoord op de vraag van de heer Rennings moet hij zeggen dat burgemeester en wethouders met de directie van Hunter Douglas over deze kwestie verschillende gesprekken hebben gehad. Van' de zijde van burgemeester en wethouders is gezegd niet op hun wensen te kunnen ingaan. Als men aan de ene kant zegt geen gebruik te willen maken van het optierecht, althans men wil daar niet meer voor be talen, en men probeert dan langs de andere kant een aantal claims te leggen, zonder daar een vergoeding tegenover te stellen, dan vinden bur gemeester en wethouders dit te ver gaan. Burgemeester en wethouders heb ben dan ook geen plannen de raad, want het college kon dat besluit niet nemen, omdat het daar de bevoegdheid niet toe heeft, deze voorstellen in deze vorm te presenteren. V/at in de brief is gesteld is niet afgesproken met Hunter Douglas. Hunter Douglas is medegedeeld dat niet op die wensen kan worden ingegaan. Het college van burgemeester en wethouders heeft ten overvloede, hoewel de eigen mening daarover vrij concreet was, ook nog met het E.T.I. over deze kwestie gesproken. Het E.T.I. was het vol ledig met het college eens dat dit niet kon. Het laatste wat Hunter Doug las heeft gevraagd en waarop het college heeft gezegd dit redelijk te vinden is dat, omdat Hunter Douglas een bedrijf is Oudenbosch is, of en wanneer er eventueel een gegadigde komt Hunter Douglas dan een tip kan krijgen dat er een gegadigde is. Als Hunter Douglas eventueel plannen of mogelijkheden tot uitbreiding heeft zij in ieder geval niet voor de verrassing komt te staan dat grond naast het bedrijf wordt verkocht zon der dat Hunter Douglas dit weet. Het college vond deze vraag, die ook al ten opzichte van andere bedrijven in Oudenbosch is toegepast, rede lijk. Verder meenden burgemeester en wethouders niet te moeten gaan. Het lid VAM DER GRAAF zegt dat deze kwestie toch wel vragen oproept. Hij neemt aan dat op het moment dat Hunter Douglas die tip krijgt, het college niet bereid is uit de school te klappen wat er voor de grond betaald gaat worden. Dat lijkt hem ten opzichte van de bedrijven onder elkaar geen correcte houding. Dat zou betekenen dat op dat moment Hunter Douglas een bod zou kunnen uitbrengen, dat mogelijkerwijs hoger zou zijn dan de prijs, die betaald wordt. In het andere geval, dus wanneer er sprake is van de grondprijs, die zoals gebruikelijk wordt berekend - een

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1975 | | pagina 314