- 21 -
het C.D.A., die in deze zelfde regering zitten. Het is toch wel algemeen
gebruikelijk dat de mensen, die critiek hebben op deze regering, zich dan
richten tot de socialisten in deze regering. Hij moet echt zeggen, als
men de letter van de notulen wil aanhalen spreker dan voor 100^ ongelijk
heeft gehad. De heer van Hoof heeft sprekers partij niet expliciet aan
gevallen. Hij denkt evenwel dat de heer van Hoof dat wel bedoeld heeft
en daarop waren zijn opmerkingen geënt. Hij wil nog een enkel woord hier
over zeggen. De heer van Hoof heeft gezegd dat spreker het in het belache
lijke getrokken had. De manier, waarop spreker er op is ingegaan, bewijst
eigenlijk dat dat niet zo is. Hij heeft anderzijds met de term borrel
tafelpraat, die hij nog steeds wil handhaven, willen aantonen, en dat ge
beurt helaas verschrikkelijk veel, dat er mensen zijn, die zonder zich te
verdiepen in de werkelijkheid, bepaalde stellingen poneren. Dat heeft hij
willen aantonen met de cijfers van de stopzetting van kleine particuliere
ondernemingen. Als men op dit moment tegen een winkelier zegt van ik be
grijp niet wat je in je hoofd hebt om te vinden dat de socialisten slecht
voor jullie zijn en jullie in de vernieling zouden helpen dat vindt hij
dat een dergelijke bewering. Want die winkelier zou de eerste moeten zijn,
die de cijfers kent, die spreker genoemd heeft. Deze cijfers kan iedereen
namelijk kennen. Hij heeft hier een statistiek liggen van 1964 af. Deze
statistiek is op zich heel interessant, want daarin kan men precies zien
welke bedrijfssluitingen er geweest zijn. Deze statistiek is niet gericht
op Oudenbosch, maar niemand kan hem doen geloven dat Oudenbosch in dit op
zicht afwijkt van de rest van Nederland.
Het lid BROUWERS zegt in deze twee zaken te willen aanhalen. Ten
eerste de zaak, betrekking hebbend op de herbestrating. Het college van
burgemeester en wethouders heeft in deze inderdaad een aantal toezeggin
gen gedaan, maar zijn fractie zou daar toch een paar suggesties bij willen
geven. Zijn fractie is het beslist niet eens met het antwoord in deze met
betrekking dat er voldoende controle zou zijn en dat de kwaliteit gewaar
borgd is. Dat is naar de mening van zijn fractie helemaal niet waar. Er
zijn in ieder geval een aantal maatregelen te treffen. Men zou bij de ge
meente allereerst vast kunnen beginnen om de openbare nutsbedrijven, mis
schien wel min of meer uitzichtloos, bij elkaar zien te krijgen om, al
was het maar een geringe, maar toch een coördinatie te verkrijgen tussen
de werkzaamheden, die zij uitvoeren. Het is niet zelden voorkomend dat
een weg, die door het gasbedrijf op een kruispunt is opgebroken, wordt
herbestraat en dus moet inklinken, gaat verzakken. Er is een termijn ge
steld, waarop een bedrag wordt ingehouden totdat door de gemeente gecon
troleerd is dat het wegdek weer in goede staat is teruggebracht. Voor
bijvoorbeeld echter een jaar verstreken is, is de P.N.E.M. weer in bedoeld
wegdek bezig geweest. Genoemd gasbedrijf zegt dan een eventueel ontstaan
gat in de weg niet op zijn geweten te hebben. Dit is ook niet meer te be
wijzen. Het is niet zelden voorkomend dat intussen drie nutsbedrijven in
hetzelfde wegvak werkzaamheden hebben uitgevoerd. Hij vindt dit in feite
een absurde zaak. Deze kwestie moet door controle te regelen zijn. Geen
sterveling maakt hem wijs dat men dit niet kan controleren. Hij heeft ook
het idee dat, wanneer de aannemer om zijn eindcenten komt, die toch eigen
lijk in dat licht gegeven worden, er uitgegaan wordt van het feit dat het
wel niet in orde is, maar dat het wel anderen geweest sullen zijn, die
schade hebben veroorzaakt, omdat dit helemaal niet te controleren is. Er
zou dus toch een coördinatie moeten komen. Naar zijn mening kan dat ook.