- 17 - is: "Ten overvloede wijzen wij erop dat aan elke keuze van ontwikkeling zeer belangrijke financiële konsekwenties zijn verbonden en de finan ciering daarvan uiteraard niet gezocht kan worden binnen de gemeentelijke budgetaire mogelijkheden." Hierbij heeft zijn fractie grote vraagtekens gezet, omdat zijn fractie vindt, of er nu wel of geen subsidie komt, dit een zaak is, die door de gemeenteraad opgelost moet worden. Daar ontkomt men niet aan. Het zou een beetje absurde zaak zijn om te zeggen dat er een nieuwe riolering aangelegd moet worden, maar omdat er geen subsidie is, dan maar geen riolering meer gebruiken en de vuilwaterlosing weer via de sloot te doen plaatsvinden. Dit kan natuurlijk niet. Hij weet dat deze kwestie een financieel probleem is, maar zijn fractie vindt het niet juist dat dit toch afhankelijk gesteld wordt van een eventueel subsidie, dat verwacht zou kunnen worden, of een wijze, waarop burgemeester en wethou ders bepaalde publieke werken kunnen laten uitvoeren. Zijn fractie vindt dat, los van deze zaak, het een probleem blijft waar de gemeenteraad zelf voor verantwoordelijk is tot in de uiterste consequenties, ook de finan ciële consequenties. Wanneer de raad een oplossing noodzakelijk acht dan vindt zijn fractie het niet juist af te moeten wachten of er eventueel subsidie komt. Er zal dus nu of in de volgende begroting aandacht aan deze materie besteed en plaats voor gemaakt moeten worden. Het lid RENMINGS zegt eerst even iets te willen opmerken wat moge lijk de aanleiding gevormd heeft tot deze discussie. Hij wil beginnen met hetgeen hem maanda.gmorgen getroffen heeft door een perspublicatie. Hij vindt het bijzonder jammer dat daarbij de indruk gewekt is dat het stankprobleem van Oudenbosch is terug te voeren tot het werpen van vuil in de haven door de burgers van Oudenbosch, Hij wil daar geenszins mee zeggen dat hij de bedoeling heeft om het onverantwoordelijk en onmaat schappelijk gedrag van een aantal mensen goed te praten, die niet nalaten hun vuil te werpen of in bermen of in d.e haven. Hij maakt echter wel be zwaar tegen deze eenzijdige voorstelling van zaken en onderschatting van het probleem. Hij heeft zich afgevraagd of dit preadvies er de aanleiding toe heeft kunnen zijn. Dan moet hij zeggen: nee. Burgemeester en wethou ders noemen duidelijk vier oorzaken, die de vervuiling en de stank ver oorzaken. Die zelfde onderschatting van het probleem vindt hij ook terug in de brief van de P.3.P.die doet voorkomen of het stankprobleem van de haven kan worden opgelost door het uitscheppen van vast vuil. Kaar de mening van zijn fractie is niets minder waar. In de discussienota van burgemeester en wethouders worden vier oorzaken van vervuiling genoemd. Zijn fractie heeft echter gerede twijfel of het stankprobleem werkelijk is opgelost, zelfs wanneer de vier door burgemeester en wethouders ge noemde oorzaken zijn weggenomen. Naar de mening van zijn fractie is ook een andere oorzaak, althans mogelijke oorzaak, het stilstaande water, waardoor door onvoldoende zuurstof stank kan worden veroorzaakt. Hij zal dit duidelijk proberen te ma.ken, omdat zijn fractie meent, dat, wanneer die oorzaken, die in het preadvies genoemd zijn, zijn weggenomen, dan toch nog een situatie aanwezig is, waarbij mogelijk stank wordt veroor zaakt. Hij is van mening dat, zeker in de zwaaikom, dat is op ongeveer 1800 meter van de mond van de haven, de Mark geen invloed heeft op de waterbeweging in de zwaaikom. Dit zal nog verergeren, wanneer het water schap Heerjansland het Spui heeft verlegd tot ter hoogte van de loswal. Hij wil er voor pleiten dat naar de invloed van het stilstaande water een ondersoek wordt ingesteld, opdat, wanneer de gemeenteraad beslissingen

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1975 | | pagina 212