- 12 -
gemeentebegroting 1975 en 8e wijziging begroting gemeentewerken 1975.
Het lid PLEVIER zegt op zich weinig problemen te hebben met dit
voorstel, hoewel het hier gaat om een fors bedrag. Hij had dezelfde op
merking al kunnen maken bij punt 6 van de agenda, namelijk dat het hem
weer is opgevallen dat slechts één offerte aan dit voorstel ten grondslag
ligt. Hij dacht dat er al vele malen op gehamerd was dat het juist was
om meerdere offertes te vragen, Dit is gewoon een punt van zakelijk in
zicht, dat ook bij de gemeente aanwezig moet zijn en dit mag beslist niet
onetisch genoemd worden. Hij is- van mening dat het nu onderhand tijd wordt
niet alleen te vragen om dit te doen, ma^ar dat een keer gesteld zou moe
ten worden dat de volgende keer, wat zijn fractie betreft, er wel eens
een voorstel op zou kunnen vallen. Hij vindt dit een kwalijke zaak, ten
zij zoals bij een der voorstellen van de vorige vergadering, er uitdruk
kelijk goede redenen voor zijn om slechts één offerte te vragen. Hij ziet
dat bij voorliggend preadvies echter niet. Hij heeft zelf nog even nage
zocht of er nog meer leveranciers in Nederland bestaan, die dit soort
machines leveren en die zijn er legio.
De VOORZITTER zegt het met de heer Plevier in deze helemaal eens te
zijn. Er is destijds toegezegd dat van diverse zaken voortaan meerdere
offertes gevraagd, zouden worden. Dit is echter een kwestie, die al ge
ruime tijd geleden door de raad in vorige samenstelling in een vergade
ring van de commissie voor openbare werken is besproken, dat met name
voor het aanschaffen van dit materieel voor de dienst gemeentewerken of
ferte bij deze firma zou worden gevraagd, omdat die een goede service
verleent en men hiermede enorm goede ervaringen heeft. In het verleden
heeft de gemeente hiermee nog al wat trubbels gehad. Dat is de reden dat
dus steeds bij deze firma offerte gevraagd wordt.
Het lid PLEVIER merkt op dat het zelfs zo is dat deze merken machines
bij andere firma's gekocht kunnen worden. Hij is van mening dat er heel
veel firma's zijn, die ook goede service verlenen.
De VOORZITTER antwoordt dat hier gewoon is door gegaan op een gang
van zaken, die al geruime tijd, volgens zijn mening al enkele jaren, door
de raad en de commissie voor openbare werken als zodanig was aanvaard.
Het lid RENNINGS zegt twee opmerkingen aangaande dit voorstel te
hebben. In het verleden heeft het college van burgemeester en wethouders
en de jaren van aanschaf tonen dat aan, volgtijdig machines aangeschaft.
Nu worden in één keer drie machines tegelijk vervangen. Dat wil zeggen
uit financieringsoogpunt een ongunstige verandering. Het is juist zo
dat, wanneer men deze machines volgtijdig aanschaft, het uit een oogpunt
van financiering een voordelige transactie is. De tweede opmerking is
dat een machine, die in 1971 is aangeschaft slechts 250,minder op
brengt dan de machine, die in 1973 is aangeschaft. Hij vindt dit ver
schil in inruilwaarde eigenlijk onvoldoende.
De VOORZITTER zegt dat de machines, waarvoor nu crediet wordt ge
vraagd, dienen ter vervanging van een machine, aangeschaft in 1971 en
afgeschreven per 1-1-75 en een machine, aangeschaft in 1973» die per
1-1-76 zal zijn afgeschreven. De machine, die in 1973 is aangeschaft,
is technisch versleten. Hij heeft daar in een bespreking met het hoofd
van de plantsoenendienst, de heer Klijs, ook over gesproken, omdat ook
hem was opgevallen dat zowel de aangeschafte machine in 1971 als in
1973 vervangen diende te worden. De heer Klijs deelde toen mede dat de