- 7 - Beantwoording gestelde vraag in de raadsvergadering van 18-9-75. Het lid VAN DER GRAAF zegt in de offerte aangaande de aansluiting van de Spuilaan en Duiventoren op de Zandeweg, te hebben gelezen dat er ter plaatse 28 bomen moeten verdwijnen. Hij vindt dit zonde en is er niet voor dat de spaarzame bomen, die er nu staan, zouden moeten verdwijnen. Hij vraagt zich af of hier geen mogelijkheid bestaat, en dat heeft hij uit de tekening en dergelijke niet kunnen opmaken, omdat daarop die bo men al waren verdwenen, om een aantal van die bomen alsnog te handhaven. Wellicht kan dit op een zodanige manier dat bijvoorbeeld het fietspad, dat er na-ast ligt, buiten de bomenrij aangelegd zou worden. Na overleg met de Provinciale Waterstaat is afgesproken uitsluitend die bomen te rooien, die noodgedwongen weg moeten. Dit is ter plaatse van de wegaansluitingen en ter plaatse van het fietspad, waar het bestaan de fietspad overgaat in het nieuw te leggen, achter de bestaande bomen rij, en waar dit weer aansluit aan het bestaande rijwielpad. Zo een weg- aansluiting heeft een lengte van 40 m1Beide aansluitingen komen dus op totaal 80 m1Bovendien staat aan de noordzijde een dubbele rij bomen. 4. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet voor de aanschaf van afzethekken/90e wijziging: gemeentebegroting 1975. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 5. Voorstel tot beschikbs.arstelling van een crediet voor de afrastering van het terrein nabi.i het gemeentelijk gvmnastieklo.kaal/91 e wijziging gemeentebegroting 1975. Het lid N. VAN HOOF informeert of wanneer door derden aan de ge meente gevraagd wordt om bepaalde voorzieningen te treffen in verband met het aanrichten van vernielingen, het steeds gebruikelijk is dat dit een zijdig door de gemeente gedaan wordt of dat er ook een bepaalde mogelijk heid is dat dergelijke voorzieningen door beide partijen betaald worden. De VOORZITTER antwoordt dat de aan te brengen afrastering niet op de erfafscheiding wordt gezet. Op de erfafscheiding staat namelijk de fietsenstalling van degene, die het aanbrengen van een afrastering ge vraagd heeft. Bedoelde afrastering komt aan de voorzijde van de gymzaal en is dus geen scheiding tussen het terrein van betrokkene en dat van de gemeente. Het lid N. VAN HOOF merkt op dat bedoelde afrastering toch aange bracht wordt ter voorkoming van vernielingen aan eigendommen van derden. De VOORZITTER antwoordt dat de afrastering wordt aangebracht ter voorkoming van vernielingen aan het gemeentelijk gymnastieklokaal Het lid N. VAN HOOF merkt op dat het preadvies daarop niet gebaseerd is, maar wel op het verzoek van de Stichting Centraal Schoolbestuur St. Louis De VOORZITTER antwoordt dat burgemeester en wethouders naar aan leiding van genoemd verzoek van mening waren het op de voorgestelde wijze te moeten oplossen. Van de zijde van gemeentewerken kwamen nogal eens klachten over de aangebrachte vernielingen aan de gemeentelijke gymzaal ter plaatse. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1975 | | pagina 202