- 15 - De VOORZITTER antwoordt dat de raad pas na 28 oktober iets gaat doen, omdat de feitelijke procedure aanvangt met de ter visie legging. Die ter visie legging is uitdrukkelijk voorzien op 27 oktober aanstaande. Het lid VAR DER GRAAF zegt het eens te zijn met de opmerking van de heer Rennings met betrekking tot de kwaliteit van het werk, dat het bureau levert. Hij zegt ook met de gedachte van de heer Rennings mee te moeten gaan om niet het gehele crediet ter beschikking te stellen, alleen al vanuit de overweging dat men de mogelijkheid niet heeft om aan het slot nog eens te kunnen kijken of dan intussen wel enig deugdelijk werk is af geleverd. Hij stelt er, met de heer Rennings, prijs op wanneer het crediet, dat thans gevraagd wordt, zodanig wordt verminderd, dat men aan het eind van de rit nog iets te zeggen heeft. Daarnaast moet hij zeggen tegen de afkoopsom te zijn. Naar zijn overtuiging heeft men dan helemaal geen enkele mogelijkheid meer om de zaak enigszins in de hand te houden. Het lid PLEVIER zegt deze materie ook in zijn fractie te hebben be sproken. Voor zijn fractiegenoten was de maat nu wel meer dan vol. Het vervelende bij deze kwestie is dat hij niet in staat is een goed alter natief te bedenken. Het is makkelijk om te stellen: we zijn tegen dit voorstel. Maar dan dacht hij dat men met een goed alternatief moest komen. Zijn fractie is daartoe, zoals gezegd, absoluut niet in staat. Hij heeft overwogen wat voor consequenties het met zich zou meebrengen, wanneer men stelt dat tot vandaag betaald wordt om dan met iemand anders verder te gaan. Hij dacht dat het werk dan onder de adviesbureaux als een soort besmet werk beschouwd zal worden. Dus ook dat is geen mogelijkheid. Resu merend zou hij willen stellen dat zijn fractiegenoten in hun hart heel erg tegen dit voorstel zijn, maar men staat in deze met de rug tegen de muur. Op grond hiervan zou hij zich willen aansluiten bij het voorstel van de heren Rennings en van der Graaf om inderdaad nog een bedrag achter te houden om de kwaliteit van het werk beter in de gaten te houden. Hij deelt niet de mening van de heer van der Graaf dat een afkoopsom per defi nitie de kwaliteit nadelig zou beïnvloeden. Zijn fractie is wel voorstan der van een afkoopsom omdat men dan het einde van de ellende een beetje in zicht heeft, althans financieel gezien. Het lid N. VAN HOOF zegt dat voorliggend preadvies ook in zijn frac tie uitvoerig is besproken. Naar aanleiding van het reeds besprokene in de vergadering van 15 mei had zijn fractie met deze materie grote problemen. In eerste instantie waren zijn fractiegenoten zeer gelukkig dat burgemees ter en wethouders akkoord konden gaan met het terugbrengen van het toen gevraagde crediet van 150.000,— naar 100.000,Op dat moment leef de bij hem de hoop dat bij nadere besprekingen van het een en ander naar dat bedrag van 100.000,terug gegaan zou kunnen worden. Nu wordt in plaats daarvan een aanvullend crediet gevraagd van 100.000,Dit is toch wel een tegenvaller. In het preadvies wordt gesteld dat de zaak nu grondig is doorgesproken met het stedebouwkundig bureau. Zijn fractie heeft er vertrouwen in dat daarmede de toezeggingen gestand gedaan zul len worden. Het bevreemdt hem ook dat een bedrag van 58.928,nu boven water is gekomen. Dit zou ook een verwijt aan de raad zelf kunnen zijn. Hij dacht echter dat toch een verwijt te maken zou zijn aan het college van burgemeester en wethouders, dat bij de opstelling van de vorige aan vrage van een crediet, zich naar zijn mening, niet voldoende in de ma terie heeft verdiept. Uit de brief van Bogaarts van 7 mei, waarin kosten ramingen zijn opgesteld voor de werkzaamheden, vanaf heden, dus vanaf 7

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1975 | | pagina 129