4 -
15. Voorstel tot verkoop van grond/57e wijziging gemeentebegroting 1974
en 7e wijziging begroting 1974 van het Grondbedrijf.
14. Voorstel tot wijziging van het besluit tot instelling van een wéék-
marlet
Zonder hoofdelijke stemming worden deze voorstellen aangenomen.
15. Voorstel tot 1e wijziging van de Algemene Politieverordening.
Het lid VAK HOOP merkt op dat burgemeester en wethouders voorstel
len in de algemene politieverordening het volgende artikel op te nemen:
"De rechthebbende op duiven is verplicht ervoor te zorgen, dat die dui
ven niet kunnen uitvliegen tussen 8.00 - 18.00 uur in een door burge
meester en wethouders bij openbare kennisgeving te bepalen tijdvak ge
legen tussen 15 maart en 1 juni". Het college van burgemeester en wet
houders is bevoegd dit tijdvak, waarin duiven niet uit mogen vliegen,
vast te stellen. Het duivenseizoen begint op 1 juni. Wanneer burgemeester
en wethouders tot bepaling van het tijdvak, waarin duiven niet uit mo
gen vliegen, overgaan dan lijkt het hem wenselijk dat bedoeld college
contact opneemt met de duivenverenigingen om van die kant moeilijkhe
den te voorkomen.
De VOORZITTER antwoordt dat burgemeester en wethouders dit tijdvak
niet behoeven vast te stellen, omdat dit van hoger niveau wordt gedaan.
Het lid RUBBERS informeert of voor het afschieten van duiven nog
vergunning moet worden aangevraagd.
De SECRETARIS licht toe dat voor het afschieten van zogenaamd scha
delijk wild nog vergunning moet worden aangevraagd. Hieraan verandert
niets
Het lid KESSEL informeert of over deze kwestie contact heeft plaats
gehad met de duivenverenigingen.
De VOORZITTER antwoordt dat in de brief van de Commissie tot be
strijding van duiven aan landbouwgewassen d.d. 26-11-75 staat vermeld
met welke organisaties aangaande deze kwestie overleg is gepleegd.
Het lid VaH ELZAKKER merkt op dat, wanneer de land- en tuinbouwers
schade ondervinden van de duiven, er dan een vergunning voor het schie
ten van schadelijk wild kan worden aangevraagd. Als de duivenliefhebbers
zorgen dat hun duiven tijdens de zaaitijd worden opgehouden dan heeft men,
volgens hem, nergens moeite mee.
Het lid LIPS zegt dat de zogenaamde duivenmelkers er via hun besturen
worden op geattendeerd dat de duiven tijdens een te bepalen tijdvak ge
legen tussen 15 maart en 1 juni tussen 8.00 - 18.00 uur opgehokt moeten
blijven. Hij informeert of er bij de vaststelling van bedoeld tijdvak
rekening kan worden gehouden met de zogenaamde uitgestelde duivenvluch
ten.
De VOORZITTER antwoordt dat de op te nemen periode, waarin burge
meester en wethouders kunnen bepalen dat duiven niet uit mogen vliegen,
zeer ruim wordt genomen. Hij is van mening dat dit geen problemen ople
vert.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor de koffiepauze.