nota van aanbieding ter sprake hadden moeten komen. De visie van het
college van burgemeester en wethouders op de gemeentelijke herindeling,
de komende gewestwet, het rapport van de commissie Merkx, de komende
nieuwe lager-onderwijswet en kleuteronderwijswet, waaruit geconcludeert
zou kunnen worden dat régeren vooruitzien is. De mening van het college
over het feit dat de gemeentelijke subsidies relatief dalend zijn en de
mening van het college over de komende wijziging van de gemeentewet,
waarin de verplichting zal worden opgenomen voor de gemeenten om een eigen
voorlichtingsblad uit te geven. En dat zou naar mijn mening zeer goed van
pas komen. Het lijkt mij, mede het oog gericht op de veranderende bevol
kingssamenstelling, dat een kerkblaadje niet meer het juiste medium is om
te worden gebruikt als enige instrument van gemeentelijke voorlichting.
Is niet overwogen om een "populaire" uitgave te verspreiden onder de bevol
king van de gemeentebegroting. Mijnheer de voorzitter, ik ben een voor
stander van een anders gericht beleid dan thans wordt gevoerd. Maar ik
verwacht daarvan -zelfs als de raad mij hierin wilde volgen- geen won
deren. De gemeentelijke polsstok is niet lang, de invloed van de gemeente
op een aantal zaken gering. Maar verschuivingen zijn mogelijk. Ten aan
zien van de volkshuisvesting. De greep van het gemeentebestuur hierop is
minimaal. De oorzaak hiervan is ten dele het keurslijf van hogere wetten
en de afhankelijkheid van goedkeuringen, anderszijds heeft men door de
sociale woningbouw uit handen te geven aan de stichting St. Bernardus
ook de resten van beïnvloeding uit handen gegeven. Ik wil daarbij duide
lijk stellen dat ik een tegenstander ben van de stichtingsvorm. V/ij heb
ben de mond vol over inspraak, maar naar mijn mening past in het kader
van de volkswoningbouw "zeggenschap" van de leden van een bouwvereniging.
Niemand heeft enige greep op een stichting. Wanneer de huurders van een
aantal woningen de huur wordt opgezegd omdat de stichting voornemens
is de woningen af te breken, ontbreekt elke mogelijkheid om in te grijpen,
gesteld dat hiertoe redenen zijn. Kunnen die woningen niet worden gereno
veerd? Is het niet juist dat een stichting, zonder rekenschap te behoe
ven af te leggen hiertoe kan besluiten? Naar zijn mening niet. Hoewel
er een aantal cijfers bekend is, weet eigenlijk niemand hoeveel en wat
voor woningen er in onze gemeente nodig zijn om de plaatselijke woning
nood op te heffen. Wanneer het Spui is volgebouwd staan er voldoende wo
ningen om de lijst van woningzoekende tot nul te reduceren. En toch weten
wij allen dat op dat tijdstip de lijst niet veel korter zal zijn. Het be
tekent mijnheer de voorzitter, dat wij kennelijk voor de verkeerde mensen
bouwen. Zijn er nu wegen om bij te sturen? V/ij zouden ze op zijn minst
kunnen zoeken. En dan zonder commercieel te denken. Voor mij hoeft een
bestemmingsplan niet dekkend te zijn. Voor mij moet het sociaal aanvaard
baar zijn. Er zijn mogelijkheden om bepaalde kosten buiten een bestem
mingsplan te houden, er zijn ook mogelijkheden om hen die een meer dan
evenredig gebruik maken van het schaarste artikel "grond", meer te laten
betalen voor hun voorrecht. Er bestaat de mogelijkheid om een actieve poli
tiek te voeren inzake het verlenen van huursubsidie en huurgewenningssub-
sidies. Grond is een schaars en duur goed. Om in de toekomst de prijzen
in de hand te kunnen houden moet naar mijn stellige overtuiging, grond
gemeenschapsbezit zijn en in erfpacht worden uitgegeven. Het welzijnsbe
leid kan in belangrijke mate het gezicht van de gemeente bepalen. Dat is
het gebied waar de bevolking de gemeente ontmoet. Allereerst wil ik met