- 7 - De VOORZITTER antwoordt dat de omwonenden nu gelegenheid krijgen eventuele bezwaren tegen het te nemen besluit kunnen indienen. Hij vraagt zich af wat voor bezwaren er zouden kunnen komen. Het nemen van dit voorbereidingsbesluit dient te geschieden op aandrang van Gedepu teerde Staten en is eigenlijk spijkers op laag water zoeken. Voor de lieve vrede moet dit dus maar geschieden. Het lid KEIJ zegt zich met dit voorstel en de opmerking van het lid van Rooijen te kunnen verenigen. De eentonige bebouwing in de wijk wordt op deze manier doorbroken. Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen. 17. Rondvraag. Het lid KEIJ zegt het college van burgemeester en wethouders in overweging te willen geven het plaatsen van stoplichten aan het West Vaardeke en Pastoor Hellemonsstraat. Het overstekende verkeer krijgt dan een kans, terwijl het doorgaande verkeer er wat door wordt afgeremd. De VOORZITTER antwoordt dat de suggestie overwogen zal worden. Het lid DE VETH informeert wanneer de verbetering van het wegdek van de Kaaistraat ter hand wordt genomen. Het lid DU PONT antwoordt dat voor de verbetering van diverse wegen in de gemeente bij de directeur van gemeentewerken een plan in de maak is. Het lid DE VETH zegt in de pers enkele artikelen over het zieken huis gelezen te hebben. Hij informeert of bekend is dat het ziekenhuis hier gaat verdwijnen of wat er hiermede gaat gebeuren. De VOORZITTER zegt niet de minste zorg te hebben dat, om in medische termen te spreken, deze kwestie fatale gevolgen voor de gemeente zal heb ben. Het lid MEIJERS zegt kennis te hebben genomen van het rapport van de plaatsvervangend groepscommandant van de rijkspolitie alhier. Hier uit blijkt dat de door hem eerder in een raadsvergadering gestelde onge rustheid ten aanzien van de verkeerssituatie op de Markt niet wordt ge deeld. Een aantal cijfers bewijzen het tegendeel. Of alle gevallen bij de politie bekend zijn blijft natuurlijk een vraag. Hij is van mening dat, als men een opiniepeiling zou houden onder de bevolking, er een andere mening naar voren zou komen. Voor wat betreft het eventueel regelen van het verkeer spreekt de commandant over een tekort aan personeel. Dit geluid is ook bij andere gelegenheden al eens gehoord. Zijn concrete vraag, en hierop zou hij graag een concreet antwoord hebben, is nu: "Wordt het nu zo langzamerhand geen tijd dat bij de districtscommissa ris en de officier de nodige stappen worden ondernomen om de groep Ou denbosch te versterken en dan echt niet alleen maar om het verkeer te regelen?" Hij. is van mening dat de voorzitter hier het nodige aan kan doen. Hij komt nog even terug op de situatie Markt-Zandeweg-West Vaar- deke-Molenstraat. De suggestie van de politie om da: r borden te plaat sen alsmede het aanbrengen van stopstrepen lijkt hem toch wel het over wegen waard. Al is hij dan niet voor de volle 100/ö tevreden, toch is hij blij dat er de nodige aandacht aan besteed is en dat de voorzitter zijn best zal doen bij de betreffende instanties stappen te ondernemen om de groep Oudenbosch van de rijkspolitie binnen de kortst mogelijke

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1973 | | pagina 103