- 11 -
lichtingsarmaturen te komen.
Het lid DU PONT antwoordt dat in het plan was voorzien dat ter -
plaatse gedeeltelijk oude en gedeeltelijk nieuwe verlichtingsarmaturen
zouden worden aangebracht.
Het lid KESSEL zegt dat bij de ingekomen stukken correspondentie
ter inzage lag betreffende de verkeerssituatie Bosschendijk. Hij vraagt
of met de meest mogelijke spoed iets aan deze kwestie gedaan kan worden,
teneinde nog meer ongelukken ter plaatse te voorkomen.
De VOORZITTER antwoordt dat er, zoals uit het rapport van de Com
mandant Rijkspolitie blijkt, op deze weg te hard gereden wordt. In eerste
instantie is dit een zaak van de provincie, omdat het hier een provin
ciale weg betreft. De provinciale waterstaat is al geruime tijd geleden
per brief op deze aangelegenheid geattendeerd.
Het lid KESSEL oppert de gedachte om ter plaatse bepaalde tekens
aan te brengen, bijvoorbeeld een groot cijfer 50 op het wegdek.
De VOORZITTER zegt dat dit misschien wel gedaan kan worden.
Het lid KESSEL zegt dat, nu binnenkort de Markt en St. Bernaerts-
straat gereconstrueerd worden er waarschijnlijk een ra.cebaan door de
gemeente gaat lopen.
De VOORZITTER antwoordt dat door het aanbrengen van verkeerslichten
ten behoeve van de voetgangersoversteekplaatsen bij de Molenstraat en
Past. Hellemonsstraat de weg in twee helften wordt verdeeld, hetgeen het
verkeer toch wel zal afremmen. Het is hier een kwestie van nog meer disci
pline van de automobilist.
Het lid MEIJERS merkt op dat nu men de wetenschap heeft dat er toch
te hard gereden wordt, waardoor op korte tijd al drie ongelukken zijn
gebeurd, het toch tijd wordt dat er ietd aan deze kwestie gedaan wordt.
Het lid LIPS zegt dat de Bornhemweg, vanaf het kruis ter plaatse,
bij regenval wel op een rivier lijkt. Het hemelwater kan niet van de weg
af. Hij vraagt of hieraan iets gedaan kan worden.
Het lid DU PONT antwoordt dat deze aangelegenheid al meerdere ma
len is besproken. De kwestie van deze weg laat zich niet gemakkelijk op
lossen.
Het lid DE VETH zegt dat de kinderen van de basisscholen in het
bosbad Hoeven het zwemdiploma moeten halen. Deze kinderen moeten op ei
gen gelegenheid naar Hoeven, waaraan volgens hem, gevaren verbonden
zijn.
De VOORZITTER antwoordt dat het instructiezwembad niet voldoet aan
de eisen, die de K.N.Z.B. aan een bad stelt.
Het lid DE VETH informeert of het zogenaamde schoolzwemdiploma geen
geldig diploma is.
Het lid DU PONT antwoordt dat er twee soorten diploma's worden af
gegeven, namelijk het zogenaamde schoolzwemdiploma, afgegeven door het
ministerie van Onderwijs en Wetenschappen en een zwemdiploma, afgegeven
door de K.N.Z.B. De eisen, welke aan deze diploma's worden gesteld,
zijn ook verschillend.
Het lid DE VETH vraagt of het waar is dat er in het zwembad maar
één kleedlokaal komt.
De VOORZITTER antwoordt dat er door de N.V. "De Sportfondsen" een
rapport over het zwembad is uitgebracht, waarin het gemeentebestuur be
paalde suggesties, aangaande het bad, werden gedaan; onder andere ook