- 5 -
stelling van een commissie van onderafDe raad vertegenwoordigt de
mensen, die dit college gekozen hebben en de commissie voor openbare
werken is toch weer een commissie uit dit bestuurscollege» Door het in
stellen van nog een commissie zou men een zeker soort dubbele werkzaam
heden krijgen. De inspraak door de burgerij mondt, volgens hem, uit in
oncontructieve uitlatingen. Ook hier dient men zijn gedachten eens
ovér te laten gaan. Hij denkt dat er anders zogenaamde wilde forums
in het leven worden geroepen, waar niets opbouwends van uit gaat. Hij
noemt hier als voorbeeld een geval waar door iemand wordt gevraagd aan
dacht te besteden aan de veiligheid op straat, terwijl door dezelfde
persoon verzocht werd zijn auto zo dicht mogelijk bij zijn woning te
mogen plaatsen.
De VOORZITTER antwoordt dat men een goed onderscheid moet zien tus
sen inspraak en beslissing. Het belangrijkste college van inspraa.k is in
deze tegelijkertijd de raad. Hij is van mening dat, met betrekking tot
de opmerking van het lid Meijers, het toch goed zou zijn om te trachten
in de januarivergadering met een concreet voorstel dienaangaande te ko
men, waarin rekening wordt gehouden met de gedane suggesties.
Het lid VAN HOOF merkt op dat voor het te ontwerpen stedebouwkundig
komPlan voor de jaren 1972 en 1973 een crediet van 70.000,— moet
worden gevoteerd. Dit is het begin van te veteren credieten. Door het
E.T.I. is een globale raming van kosten gegeven. Ook in de informele
vergadering is gevraagd waarom geen vast bedrag van kosten werd opge-
geven» Hij zou burgemeester en wethouders toch in overweging willen^
geven een modus te vinden om tot een vast bedrag van de eventuele hier
aan verbonden kosten te komen. Nu wordt een bedrag van 190.000,
opgegeven, wat echter geen enkel houvast biedt. Daarom had hij liever
gezien dat een vast bedrag van kosten genoemd werd.
De VOORZITTER antwoordt dat de mensen die de hieraan verbonden
werkzaamheden moeten verrichten, stellen dat dit geen aangenomen werk is.
Hij is van mening dat het stedebouwkundig bureau en het E.T.I. dit stel
den en een hogere raming van kosten hebben opgegeven, door het zekere
voor het onzekere te nemen.
Het lid VAN HOOF is van mening dat, wanneer een concreet bedrag be
kend is, men dan weet waar men aan toe is. Nu wordt er een bedrag van
190.000,opgegeven, maar men weet in de verste verte niet op welk
bedrag men uiteindelijk uitkomt.
De VOORZITTER antwoordt dat er van uit gegaan is dat men binnen
het raam van het gestelde bedrag blijft, zodat men later niet voor ver
rassingen komt te staan.
Het lid VAN HOOF merkt op dat tijdens de informele vergadering ook
aan de orde is geweest het nemen van een voorbereidingsbesluit voor de
kom van de gemeente. Hij informeert wanneer dit voorbereidingsbesluit
De VOORZITTER antwoordt dat een bepaald voorbereidingsbesluit vaak
te vroeg wordt genomen. Een genomen voorbereidingsbesluit mag maar één
jaar voor de vaststelling van het bestemmingsplan worden fen™*n!
doeld besluit kan evenwel nog met een jaar worden verleng
liik besluit is ook in het belang van belanghebbenden. Wanneer bekend is
dat over Sn jaar het zo ver is dat het bestemmingsplan kan worden
vastgesteld dan kan een voorbereidingsbesluit voor dit plan worden ge
nomen^ yAN HOOF zegt dat bij hem de bedoeling voorstaat mogelijke