-12-
a. aan personen, die betrokken zijn geweest bij de bouw van de basiliek;
b. aan plaatsen of personen die herinneren aan de zouaven;
c. aan het muziekleven;
d. een ontleend aan de plaatselijke situatie.
De schilders uit de Gouden Eeuw worden toch ook nu nog door hun naam
welke aan een straat wordt gegeven, vereeuwigd. Men zou bij het geven van
straatnamen in termen van de ruimtevaart kunnen spreken, maar dit kan bij
het geven van straatnamen in een ander bestemmingsplan altijd nog gebeuren.
De voorgestelde straatnamen zijn ontleend aan het plan "Velletri". De Velletri-
weg bestaat al. De in het preadvies genoemde namen zijn origineel en kornen
verder in Nederland nergens voor.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen, onder aan
tekening dat de leden Achterberg en Braat, met uitzondering van de voorge
stelde straatnamen Broeder Christofoorlaan en J.M. van den Berghstraat, tegen
dit voorstel zijn.
24. Voorstel tot verkoop grond bungalowpark Pagnevaart aan P. Kriesels te Rotter-
dam/80e wijziging gemeentebegroting 1970 en 18e wijziging begroting Grondbe
drijf 1970.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
25. Voorstel tot ruiling van grond met de Gebrs. van As;tmaal/81e wijziging ge
meentebegroting 1970 en 19e wijziging begroting Grondbedrijf 1970.
Het lid MEIJERS merkt op dat het nu aangeboden preadvies practisch de
zelfde inhoud heeft als dat van de vergadering van 18 juni j.l. In eerste
instantie zou hij willen vragen of de gemeente de grond van de Gebrs. van
Agtmaal direct nodig heeft. Met de achter de afrastering aan te brengen
beplanting gaat bedoelde firma niet akkoord. Hij vindt dit een bezwaarlijke
zaak.
De VOORZITTER antwoordt dat wanneer de gebrs. van Agtmaal eigenaar blij
ven van de over te nemen grond, zij tegen het plan bezwaren in kunnen dienen.
Het lid MEIJERS vindt deze zaak niet zo dringend. Persoonlijk zou hij
liever tot een onteigeningsprocedure overgaan, temeer daar men de van. de
gebrs. van Agtmaal over te nemen grond toch niet direct nodig heeft.
Het lid KEIJ merkt op dat maar een klein perceel grond met de gebrs.
van Agtmaal wordt geruild, dat bestemd is voor achtertuinen bij de woningen.
Er zijn mensen, die graag een kleine tuin bij hun woning willen hebben.
De VOORZITTER antwoordt dat wat de afrastering en beplanting betreft,
dit een kwestie is van elkaar vertrouwen. De gebrs. van Agtmaal staan in een
gunstige positie. De gemeente kan, bij niet verkrijgen van de grond van de
fa. van Agtmaal, met het bestemmingsplan in gevaar komen. Mei zou met de
gebrs. van Agtmaal tot overeenstemming moeten komen wat deze ruiling betreft.
Het lid BRAAT zegt geluiden gehoord te hebben dat men niet gelukkig is
met dit voorstel aan de raad. De gebrs. van Agtmaal staan in deze gunstig en
trekken aan het langste eind. De gemeente heeft deze grond beslist nodig.
Krijgt de gemeente deze grond niet in eigendom dan kan de fa. van Agtmaal
straks de uitvoering van het bestemmingsplan stagneren.
Het lid KEIJ zegt niet tegen het voorstel als zodanig te zijn. Wel is hij
tegen het feit dat de gebrs. van Agtmaal zich verzetten tegen opneming van de
bepaling dat een strook grond van 5 meter diepte achter de afrastering van een
passende beplanting wordt voorzien. De fa. van Agtmaal wil het betreffende
