-13-
De VOORZITTER antwoordt dat ook de provincie hieraan nog te pas moet
komen. Deze kwestie heeft de volledige aandacht van burgemeester en
wethouders.
Het lid DE VETH stelt het volgende:
"Mijnheer de voorzitter,
Is het uw college bekend dat er ongerustheid bestaat over de bepaald
onhygiënische situatie, welke wordt veroorzaakt door het lozen van
faecaliën in een bij de gemeente in eigendom zijnde greppel langs de
Bornhemweg?
Dat met name de bewoners van het pand nr. 88 hier veel hinder van onder
vinden, daar deze greppel op korte afstand van de woning is gelegen?
Is het uw college bekend dat op een voorstel aan de gemeente gedaan door
de bewoner van het pand nr. 88, om eventueel door de gemeente ter be
schikking te stellen rioolbuizen plaatselijk zelf aan te brengen niet
is ingegaan?
Ik kan mij voorstellen, mijnheer de voorzitter, dat een volledige riole
ring voor buiten de kom gelegen panden op financiële bezwaren kan stui
ten. Het lijkt mij minder gewenst initiatieven van de bewoners, die aan
deze op zijn zachtst gezegd "middeleeuwse toestand" iets willen verbe
teren, te negeren. Wat door de bewoners op zijn minst verwacht kan wor
den is dat de gemeente zorg draagt voor een voldoende doorstromingsmoge
lijkheid van genoemde in gemeentebeheer zijnde greppel en dat de gemeen
te voorwaarden stelt, waarop in deze greppel geloosd mag worden, op een
wijze welke voor de volksgezondheid hygiënisch verantwoord is.
Mijn vraag is, mijnheer de voorzitter,
a. kan er een deskundig onderzoek verricht worden naar een mogelijkheid
voor een betere doorstroming van genoemde greppel?
b. zijn er voldoende waarborgen voor de volksgezondheid door middel van
voorwaarden, waarop afvalwater en faecaliën op greppels en sloten
mogen worden geloosd?
c. is het nog wel verantwoord dat er zich zo dicht bij het uitbreidings
plan "ïïoord" open riolen bevinden?
De VOORZITTER zegt toe dat deze kwestie bekeken zal worden.
Het lid DE VETH merkt op dat de omwonenden van de rioolwaterzuive
ringsinstallatie in Kom Noord klagen over een geweldige stank ter plaat
se. Hij informeert of deze stank wordt veroorzaakt door de rioolwater
zuiveringsinstallatie en of deze kwestie onderzocht kan worden.
De VOORZITTER zegt toe dat deze kwestie bekeken zal worden.
Het lid DE VETH merkt op dat de straatverlichting in het Groene Houd
zeer slecht is. Hij informeert of deze verlichting verbeterd kan worden.
Voorts vraagt hij aandacht voor de in het Groene Houd nog aanwezige open
waterafvoer. Hij informeert wanneer bedoelde sloot gedempt wordt.
De VOORZITTER zegt toe dat deze vragen bekeken zullen worden.
Het lid DE VETH haalt een schrijven aan van de heer P.U. Ossenblok,
gedateerd 23 mei 1969 en luidende als volgt:
"Aan het college van burgemeester en wethouders der gemeente Oudenbosch.
Geacht college,
De ondergetekende, P.U. Ossenblok, St.Elisabethstraat 11 te Oudenbosch,
verzoekt uw aandacht voor het navolgende. Ondergetekende is eigenaar en
gebruiker van de uitrit aan de Prof. van Ginnekenstraat, gelegen naast
