- 9 - De motieven, genoemd door de voorzitter, wegen weliswaar zwaar, maar hij zou het voorgestelde plan toch niet uit laten voeren dan na bestudering door een verkeersdeskundige. De VOORZITTER antwoordt dat deze kwestie is bestudeerd. Dit is allemaal gebeurd bij de aanleg van de ahob aan de Bosschendijk. De gemeente is niet verplicht een voet— en rijwielpad aan te leggen. Deze kwestie kan nog afzonderlijk worden bekeken. Het plan is echter goed bestudeerd, hoewel er misschien punten zijn, die alsnog bekeken kunnen worden. Het lid BRAAT zegt dat bij aanleg van het voorgestelde voet- en rijwiel pad er straks honderden leerlingen van de scholen ter plaatse te voet of met de fiets haaks de Bosschendijk opkomen. Deze leerlingen moeten zich dan tussen de auto's doorwringen om de overzijde van de Bosschendijk te bereiken. Hij ziet daar een chaos van komen. De VOORZITTER zegt toe dat de aanleg van een voet- en rijwielpad ter plaatse nog eens uitdrukkelijk bestudeerd zal worden. Het lid BROUWERS is verheugd dat deze zaak duidelijk uit de doeken wordt gedaan. Het rijwielpad zou men kunnen laten vervallen. Het laten ver vallen van het geplande voetpad vindt hij bezwaarlijk. Het lid ACHTERBERG vreest dat men en masse het station zal gaan gebruiken als kortste verbindingsweg. Hij komt toch weer terug op het knelpunt van deze verbinding. Hij informeert of het mogelijk is om door middel van door trekking van de Eikenlaan een ontsluiting ter plaatse te verkrijgen. Van de verbinding met de Bosschendijk wilde hij enkel voetgangers gebruik laten maken. De VOORZITTER antwoordt dat men gemerkt heeft dat ook voor het plan Velletri de ontsluiting beter had gekund door middel van een weg langs de spoorlijn. De mensen bouwen niet graag een woning vlak langs de spoorlijn. Het lid ACHTERBERG merkt op dat, aannemende dat de parallelweg er komt, men aan een bijzonder gevaarlijk punt krijgt bij de uitmonding op de Vaart- weg. Hij is van mening dat ook aandacht besteed moet werden aan de verbreding van de Beukenlaan, daar deze weg in de toekomst veel verkeer te verwerken zal krijgen. Hij informeert of dit al bekeken is. De VOORZITTER antwoordt dat de uitmonding van de aan te leggen parallel weg op de Vaartweg door de Grontmij is bekeken. De voorzieningen aan de Beukenlaan zijn hierin niet opgenomen. Het lid KEIJ heeft de indruk dat deze kwestie niet goed is bestudeerd. Aan de parallelweg aan deze zijde van de spoorlijn kan niet gebouwd worden. Hij is van mening dat de weg niet uit moet monden vlak langs de spoorweg overgang. De VOORZITTER antwoordt dat de aanleg van een weg het begin is van alle leven. Er zijn nu argumenten om een goede ontsluiting ter plaatse te krijgen. Het lid KEIJ merkt op dat deze parallelweg een zelfde weg zal worden als de Parklaan. De aanleg van bedoelde parallelweg zal goed bekeken moeten worden. Het lid DEKKERS zegt dat de commissie voor openbare werken zich in haar vergadering van 9—3-70 in principe akkoord heeft verklaard met de uitvoering van de voorgenomen werken. Alle argumenten, betreffende deze voorzieningen, zijn tijdens deze vergadering uitvoerig besproken. Dit was een zeer slepende kwestie. Men was van mening deze slepende kwestie nu op te lossen. Hij is van mening dat het een eis van de Nederlandse Spoorwegen was dat bedoelde spoorwegovergang opgeheven moest worden. De leden van de commissie voor openbare werken was zodoende de mening toegedaan dat de aanleg van deze parallelweg een mooie ontsluiting was bij eventuele verkeersstagnaties aan de Bosschendijk. Met de uitvoering van dit werk is wel een fors bedrag gemoeid.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1970 | | pagina 40