-6-
9. Benoeming leden college voor verlening van bi.istand.
Het lid LIPS merkt op dat het college van burgemeester en wethou
ders zich schriftelijk tot charitatieve en standsorganisaties heeft
gericht teneinde hun wensen ten aanzien van representatieve personen
voor bedoelde functies te vernemen. Hierop zijn berichten ontvangen
van het N.K.V., de R.K.Boerenbond, de R.K. Middenstandsvereniging, de
Charitasinstelling voor beide parochies en het Maatschappelijk Centrum
Oudenbosch. Bij deze instanties mist hij de namen van het N.V.V., het
C.N.V. en eventueel nog andere instanties. Hij vraagt of dit soms
a-sociale instellingen of zoiets zijn.
De VOORZITTER antwoordt dat aan de door het lid Lips genoemde in
stanties in het verleden nooit naar hun wensen is gevraagd voor wat be
treft eventuele candidaten voor het college voor verlening van bijstand.
Tot op heden is dit gewoon vergeten. Op zich heeft hij er geen bezwaar
tegen in het vervolg ook bij genoemde instanties naar eventuele candi
daten te informeren.
Het lid VAN HOOF merkt op dat genoemde instanties maar weinig candi
daten naar voren brengen. Hij informeert of het college van burgemeester
en wethouders wellicht nog candidaten kunnen aanbevelen.
De VOORZITTER antwoordt dat alle instanties voor deze functie de
zelfde namen noemden. Het N.K.V., de R.K.Boerenbond en nog andere in
stanties noemden de naam van mej. van Roermund. Het college van burge
meester en wethouders heeft daarom de in het preadvies genoemde personen
op de aanbeveling gezet. Hij stelt voor tot benoeming van de leden van
het college voor verlening van bijstand over te gaan. Qp zijn voorstel
vormen de leden MOL en RUBBENS de commissie van stemopneming.
1e vacature
De stemming heeft tot resultaat:
De heer L.C. Mol 7 stemmen
mej.F.W.J. van Roermund: 1 stem
blanco: 4 stemmen.
Benoemd is derhalve de heer L.C. Mol.
2e vacature
De stemming heeft tot resultaat:
mej. F.W.J. van Roermund: 11 stemmen
de heer L.C. Mol: 1 stem
Benoemd is derhalve mej. F.W.J. van Roermund.
De VOORZITTER merkt op dat de benoeming van de leden van het college
voor verlening van bijstand per 1 oktober 1970 ingaat, daar de huidige
leden van genoemd college tot 1 oktober a.s. in deze commissie zitting
hebben.
10. Rondvraag.
Het lid van den BOSCH merkt op dat een dezer dagen de laatste
spoorwegovergang in deze gemeente voorzien is van een beveiliging. Mede
namens vele gebruikers, die van deze overwegen dagelijks gebruik moeten
maken, brengt hij dank aan alle instanties die aan deze zo lang ver
wachte beveiligingen hebben medegewerkt. Hij verzoekt vervolgens het ge
meentebestuur de uitweg Klinkstraat-Bosschendijk zo spoedig mogelijk te
verbeteren. Genoemde uitweg is zeer gevaarlijk, te meer daar van deze
uitweg veel gebruik wordt gemaakt ten gevolge van de gevestigde industrie-
en ter plaatse.