- 17 -
Hij noemt vervolgens de Heer Achterberg, die acht jaar in de
gemeenteraad zitting had, een zeer lastig raadslid. Er is, zegt hij,
een politicus in Nederland die men een "tekkel" noemt. In dezelfde
geest zou men de heer Achterberg gerust een "terrier" kunnen noemen,
vasthoudend tot en met.
Die vasthoudendheid was niet zonder zin en bleef niet zonder
gevolgen. We hebben er o.a. onze sportraad en onze relatie met
Putte aan te danken.
In beide zaken heeft de heer Achterberg ook de verdere uitwerking
mee gediend en zal dat hopenlijk blijven doen
Daarna wendt hij zich tot de Heer van Elzakker, die hij een
zeer beminnelijk raadslid noemt. De heer van Elzakker had in totaal
circa 13 jaar zitting in de gemeenteraad, nl. van 1 september 1953
tot 4 september 1962 en vanaf 26 augustus 1966 tot 1 september a.s.
Hij veronderstelt dat de heer van Elzakker het raadslidmaatschap zal
missen omdat hij er erg aan verknocht was. De heer van Elzakker was
altijd erg constructief. U vertrouwde Burgemeester en Wethouders bij
wijze van spreken tot het tegendeel U eventueel zou zijn gebleken.
U was altijd blij met elk nieuw initiatief voor de gemeente.
Vanzelfsprekend lagen de muzische zaken U na aan het hart, met
name de School voor Amateuristische Kunstbeoefening, de Harmonie etc.
Wij hopen, dat IJ op dit terrein werkzaam wilt blijven, zo besluit
hij.
Hierna spreekt hij de Heer Dekkers toe, die hij een zeer wijs
raadslid noemt. De heer Dekkers heeft in totaal ca. 15 jaar in de
raad zitting gehad, nl. van 27 augustus 1946 tot 6 september 1949
en vanaf 2 september 1958 tot 1september a.s.
Welliswaar namens de groep van boeren en tuinders in de raad
gekozen is het de grote verdienste van de heer Dekkers steeds geweest,
zegt de voorzitter, dat hij nooit exclusief voor zijn groep is op
getreden, maar altijd oog had voor het algemeen belang en met alle
belangrijke zaken sterk meeleefde. De voorzitter stipt daarbij ook
aan zijn jarenlang lidmaatschap van het College voor de verlening
van bijstand en de Commissie Openbare Werken.
Buiten deze werkzaamheden mag ook nog vermeld worden de grote
verdiensten van de heer Dekkers voor belangrijke plaatselijke zaken
als veiling, boerenleenbank en tuinbouwschool, aldus voorzitter.
Tenslotte spreekt de voorzitter de Heer van Oosterhout toe, die
hij alleen maar kan aanduiden als de wethouder, want U bent, zo zegt
hij, wel vanaf 27 augustus 1946 onafgebroken lid van de raad geweest,
maar steeds onmiddellijk tot wethouder gekozen, volgende week precies
24 jaar dus.
De geschiedenis van Oudenbosch na de oorlog is Uw geschiedenis,
zij het niet alleen van U. Maar U hebt wel met nog enkelen (mijn
beide voorgangers, de wethouders Keij en later Braat en Du Pont, de
secretaris en zijn topmedewerkers) die geschiedenis gemaaktWe zouden
daar bijzonder lang over kunnen spreken, maar ik duid aan zoals ik
straks gedaan heb. Dat er zijn gekomen:
- nieuwe wijken;
- nieuwe onderwijssoorten;
- nieuwe scholen;