-7-
Het lid de WIT kan zich niet verenigen met de 35 uur arbeid voor het
plaatsen van deze masteh.
De VOORZITTER antwoordt dat dit slechts een door het bedrijf gemeente
werken opgestelde raming is.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
16. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet t.b.v. een nieuwe
A.N.W.B.-wegwijzer aan de Wagenhoek/44e wijziging gemeentebegroting
1969.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen.
17. Voorstel tot tijdelijke regeling van het ambulance-rvervoer met de fa. van
Blerck-Melissen/45e wijziging gemeentebegroting 1969t
Het lid BRAAT zegt dat in het preadvies staat vermeld dat de firma van
Blerck-Melissen voor de chauffeursdiensten zorgt, onder uitdrukkelijke
voorwaarde dat permanent iemand beschikbaar dient te zijn; overmacht
daar gelaten. Hij informeert vrat dit laatste inhoudt.
De VOORZITTEIP antwoordt dat er altijd iemand aanwezig moet zijn, die
de ambulance-auto rijdt. Het kan zijn dat door ziekte eens niet gereden
zou kunnen worden. Het kan ook zijn dat, evenals bij brandmelding en de
brandweerwagen reeds naar een brand is, de ambulance-auto naar een onge
val is uitgereden en dus niet bij een volgende melding van een ongeval
aanwezig kan zijn.
Het lid BRAAT vindt dit persoonlijk een uitermate gevaarlijke zaak.
Wanneer van de 4 mensen er 1 ziek is dan is dit geen kwestie van over
macht. Van de resterende 3 personen dient dan 1 man permanent beschik
baar te blijven. Wanneer de ambulance-wagen thuis staat dan moet er
permanent iemand beschikbaar zijn. Andèrs zou de vergoeding per week
lager gesteld moeten worden.
De VOORZITTER antwoordt dat dit slechts een overgangsregeling betreft.
Er is van de gedachte uitgegaan dat op de oude manier deze zaak door
gang kon vinden. De ambulance-auto is nu eigendom van de gemeente. Of
de vergoeding van 125,per iraek redelijk is wordt bekeken aan de
hand van de rekeningen, die nu via de gemeente lopen.
Het lid BRAAT is van mening dat de vergoeding iB dit geval geen enkele
rol mag spelen, zeker niet wanneer men weet dat er een mensenleven te
redden is.
De VOORZITTER antwoordt dat met de firma van Blerck-Melissen is onder
handeld en het college van burgemeester en wethouders moest trachten
deze kwestie te regelen. Voor deze korte periode kon geen volmaaktere
regeling worden getroffen. Ook kan men de zaak niet perfectioneren. Wan
neer hij zich af moet vragen of deze kwestie goed is geregeld, dan kan
hij volmondig ja antwoorden.
Het lid BRAAT merkt op dat het geen kwestie van perfectionisme is,
wanneer permanent iemand beschikbaar moet zijn.
De VOORZITTER is van mening dat men voor het huidige beperkte gebied
niet moet overdrijven.
Het lid MEIJERS zegt dat de firma van Blerck-Melissen in het verleden
deze zaak steeds goed behartigd heeft. De gemeente had tot op heden geen