-3-
Het lid ACHTERBERG- zegt even terug te willen komen op de beantwoor
ding van de gestelde vragen, die ter inzage hebben gelegen bij punt 3
van de agenda. De door hem twee maanden geleden gestelde vraag om ver
keersborden in de Prof.Mulderslaan te plaatsen voor de veiligheid van
schoolgaande kinderen in de wijk "Pagnevaart" is nu beantwoord.Het ant
woord op deze vraag bevredigt hem echter niet. De Prof.Mulderslaan is
60 m breed. Ook al moeten er 5 borden achter elkaar geplaatst worden
dan zou dit zeker moeten gebeuren. Dit verhoogt enkel de waakzaamheid.
Het bevreemdt hem zeer dat gesteld wordt dat bedoelde borden vlak bij
de school moeten staan.Er zouden ter plaatse 8 borden moeten komen. Hij
blijft bij zijn voorstel om bedoelde borden alsnog te plaatsen.
Burgemeester en wethouders zijn voornemens op de hoek Prof.Ilulderslaan-
Lindestraat en Prof. Mulderslaan-Pagnevaartweg een bord model 83 (waar
schuwingsbord "Overstekende kinderen") te plaatsen met een onderschrift
dat deze waarschuwing geldt voor de genoemde lengte van de Prof.Mulders
laan.
Mededelingen.
De VOORZITTER doet mededelingen over:
1. Verslag d.d. 5-12-69, opgenomen in De Stem en het rapport van de
chef afdeling Financiën,betreffende de School voor Amateuristische
Kunstbeoefening.
2. Het plan tot het bouwen van een kantoor door de Nederlandsche Midden-
standsbank op het perceel hoek Prof.van Ginnekenstraat-Kade.
3. Het ontwerp tot wijziging van het bestemmingsplan "Velletri" met de
gebruiksvoorschriften.
Hij deelt voorts mede dat het college van burgemeester en wethouders
contact heeft gehad met de Belgische gemeente Putte en het in de bedoe
ling ligt om op 21 februari a.s. in Oudenbosch met beide gemeenteraden
tezamen het plechtige besluit tot uitwisseling te nemen.
4. Voorstel tot vaststelling van de begroting van de takken van dienst en
de gemeente over 1970. alsmede het investeringsprogram.
De VOORZITTER merkt op dat de begroting (5dn van de belangrijkste
stukken is waarvoor de raad zich jaarlijks dient uit te spreken. De af
delingen hebben bij het onderzoek hierover al voldoende van gedachten ge
wisseld. Het college van burgemeester en wethouders heeft op de gestel
de vragen uit de afdelingen geantwoord. Het is daarom niet gemakkelijk
er nog een inleidend woord over te houden.Met het oog op de publieke tribune
geeft hij evenwel nog in het kort aan dat voor het jaar 1970 een sluitende
begroting kan worden aangeboden. De gemeentelijke uitgaven en inkomsten
zijn dus in evenwicht. Deze sluitende begroting is extra belangrijk omdat
het resultaat bereikt is kunnen worden zonder verhoging van extra op te
leggen lasten. Met andere woorden zonder dat de bevolking in 1970 gecon
fronteerd behoeft te worden met belastingverhogingen. De laatste jaren
hebben we dit steeds moeten doen. Eén van de belangrijkste factoren is wel
de bevolkingstoename met bijna 200 inwoners. Hierdoor wordt een aanzienlijk
grotere uitkering ingevolge de Financiële Verhoudingswet 1960 ontvangen.
De voorzitter besluit met te stellen dat deze korte toelichting toch mis
schien nog verhelderend geweest kan.zijn voor de publieke tribune.
Hierna geeft hij het woord aan het lid MEIJERS:
