-5- Beide partijen zijn er nu mee gediend dat deze affaire op deze wijze tot een oplossing kan komen. De Kores N.V. laat veren genoeg, zo merkt de voorzitter op, er zijn al architectkosten gemaakt. Dit is dus zonder meer al een schade post voor het Bedrijf. Het lid MEIJERS zegt dat deze aangelegenheid hem duidelijk As geworden, maar dat verschil van f 1.000,in rente en boete zit hem nog niet goed. De gemeente is volgens hem geen filantropische instelling. Hij vindt het nog geen vaststaand feit dat Kores N.V., gelet op de opmerking in de jongste brief van het bedrijf, nu wel komt. Er zit nog zo'n klant en daar ben ik ook nog niet zo zeker van, zo besluit hij. De VOORZITTER antwoordt dat Kores zich opnieuw aan het beraden is. Hij beklemtoont zijn reeds eerder gedane motieven met de opmerking: Ik moet nog zien welke gemeente tegen deze prijs aan kanl Het lid BRAAT vindt dat er redelijke argumenten zijn aangevoerd.Hij vraagt zich echter af hoe groot de schade wel kan zijn door het uitblijven van Kores, Het zijn zakenmensen, ze hebben gegokt en hebben misgegokt. Een feit blijft echter dat andere bedrijven hierdoor zijn weggebleven. We moe ten deze aangelegenheid zakelijk oplossen, zegt hij. Andere gegadigden hebben nu elders onderdak gezocht. De VOORZITTER zegt dat deze factor niet in een concreet bedrag is vast te leggen. De boeteclausule is in het besluit en akte opgenomen om speculatie te voorkomen. Deze grond is echter niet aangekocht om te laten liggen en aan te wenden voor speeulatie. Hier is daar echter geen sprake van. De vestiging is tot op heden om economische redenen niet doorgegaan. Hier kun je je niet tegen wapenen. De moraliteit blijft in deze kwestie het zwaarst wegenl Het lid van ELZAKKER heeft in het pre-advies gelezen dat de akte gepas seerd is in (|96>3. Er geldt toch de clausule binnen 2 jaar te bouwen. Waarom heeft deze aangelegenheid dan niet 3 jaar geleden gespeeld? Se VOORZITTER antwoordt dat er tweemaal uitstel van de bouwplicht is gegeven. Niettemin bleef de bepaling van de bouwplicht geldig. De SECRETARIS verduidelijkt nog met op te merken dat het verkrijgen van de rijksgoedkeuring lange tijd heeft geduurd. Het lid van ELZAKKER is het wat het bedrag van 1.000,-- aangaat eens met het lid Meijers. Het lid de WIT vraagt waar de destijds opgemaakte transportakte is. Mondelinge afspraken zeggen niets. Alles dient op papier te staan. Ik neem niets van mondelinge afspraken aan, zo betoogt hij en stelt voor het voorstel tot de volgende vergaderingvaan te houden. De VOORZITTER zegt dat het niet aan Kores gelegen heeft dat de vestiging niet is door kunnen gaan. Hij vindt deze terugkoop een goede oplossing. De naam van de gemeente is er ook mee gemoeid. We dienen zo hoffelijk mogelijk deze transactie te realiseren. We blijven na de terugkoop een goed concurre rende prijs houden. Het lid de 171T dringt hierna weer aan op het aanhouden van dit voorstel. De VOORZITTER gaat verder met te stellen dat de brief van Kores op 25-6-68 bij de gemeente is ingekomen. Pal daarop is deze in de vergadering van bur gemeester en wethouders behandeld. Als we nu moeten wachten zitten we straks ook met de financiering en de goedkeuring door gedeputeerde statem.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1968 | | pagina 83