-3-
S.U.S.T. ook begrip voor dit standpunt kunnen Rebben.
Het lid de WIT vraagt of er mogelijk een kleinere tegemoetkoming dan
het gevraagde bedrag gegeven kan worden.
De VOORZITTER zegt dat S.U.S.T. de maximale opbrengst zal willen halen
uit deze lustrumtocht. De vereniging wil alle deelnemers een herinnering
aanbieden, zodat de ontvangsten van inschrijfgelden naar de gehandicapte
jeugd gaan. Hij kan zich het standpunt van S.U.S.T. wel indenken.
Het lid de WIT vindt het mooi dat er iets voor de gehandicapte jeugd
gedaan wordt, doch vindt dat het zelfde resultaat bereikt wordt als de ver
eniging de medailles en standaards weg zou laten.
Het lid van ELZAKKER doet voor S.U.S.T. een andere suggestie. Goedkopere
prijzen geven. In de vorm van een soort diploma.
De VOORZITTER ziet hier niet zoveel heil in en merkt op dat elke wande
laar zijn collectie graag met een medaille of iets dergelijks zal aanvullen.
Het lid BRAAT vraagt hoe het in Oudenbosch gesteld is met de subsidie
voor de gehandicapte jeugd.
De VOORZITTER antwoordt dat hiervoor geen speciale regeling geldt
Er wordt wel een subsidie per deelnemer uit Oudenbosch verleend bij bepaal
de bijeenkomsten. Speciaal voor gehandicapte jeugd wordt er evenwel niets
gedaan.
Indien nodig is er altijd de Algemene Bijstandswet, waar een beroep op gedaan
kan worden, hoewel deze wet weinig mogelijkheden biedt voor "versiering".
Voor feestjes geeft de Algemene Bijstandswet geen ruimte, aldus de voorzitter,
waarop het lid van OOSTERHOUT repliceert met de opmerking dat betaling van
de kosten van een huwelijksfeest niet tot de onmogelijkheden behooirt.
Het lid BRAAT wijst er op dat S.U.S.T. al lang bestaat en iets voor
Oudenbosch betekent. Andere verenigingen die een beroep op de gemeente gedaan
hebben zijn ook voor subsidie in aanmerking gekomen, b.v. de Country Rider.
Men dient dieper op deze zaak door te denken, zo zegt hij.
Het lid de WIT is het eens met het lid Braat. Zo één, zo allemaal.
Het lid BRAAT stelt dat over de grootte van het bedrag te discussiëren
valt. Hij is echter van mening dat als S.U.S.T. zonder meer een subsidie
gevraagd zou hebben, derhalve zonder de achtergrond van een opbrengst voor
de gehandicapte jeugd, het verzoek mogelijk geaccepteerd zou zijn.
Het lid van ELZAKKER vindt de redenering van het lid Braat niet onjuist.
Er wordt een lustrum gevierd, zodat het volgens hem het overwegen waard is
om subsidie te geven.
De VOORZITTER zegt dat het het college van burgemeester en wethouders
niet gaat om de vereniging, maar de uitreiking van pri jzèh a'an de deélnemera
is het criterium. Dit ligt niet op het terrein van de gemeente.
Het lid KEIJ vindt het een ongelukkige aanvrage van S.U.S.T.
De VOORZITTER zegt dat misschien een tussenvoorstel de oplossing geeft.
Het lid BRAAT stelt voor de helft van het gevraagde bedrag voor de aan
schaffing van standaards, t.w. 225,r te geven.
De VOORZITTER legt dit voorstel voor aan de vergadering. Zonder hoof
delijke stemming wordt dit aanvaard.