-6-
Het lid BRAAT merkt op dat aan deze kwestie wel weinig meer te doen
zal zijn.Het is hem echter een raadsel dat de verbouwing van de zolder
60.000,kost.
De VOORZITTER verwijst hiervoor naar de opgestelde begrotingen.
Het lid BRAAT informeert of er geen andere ruimte te vinden is, die als
handenarbeidlokaal en leermiddelenberging dienst kan doen.
De VOORZITTER antwoordt dat deze mogelijkheid meerdere malen is over
wogen, doch dat men hierin niet is geslaagd.
Het lid ACHTERBERG informeert of bij het geraamde bedrag van 60.047,04
nog belasting toegevoegde waarde komt.
De VOORZITTER antwoordt dat deze belasting er ongetwijfeld bij zal ko
men.
Het lid KEIJ merkt op dat er door de verbouwing van bedoelde zolder
een klas ontstaat, die echt de naam klas mag hebben. De oppervlakte zal
50 m2 bedragen. Deze school is enkele jaren geleden gesaneerd en van de
zolder wordt nu een klas gemaakt op de zin van de M.U.W.I.-school. V/at de
belasting toegevoegde waarde betreft deelt hij mede dat het vermoeden be
staat dat in de bouwwereld de prijzen met A°/° zullen stijgen.
De VOORZITTER zegt dat het hier g^at om de toepassing van artikel 72
der Lageronderwijswet 1920. Het gaat nu om het beschikbaarstellen van een
crediet ad 60.047,04.
Het lid de HIT vraagt of het mogelijk is om de zolder eens te bekijken,
met begroting en tekeningen in de hand.
De VOORZITTER antwoordt dat dit inderdaad mogelijk is, doch dat het lid
de Wit dit eerder had moeten doen. Het staat hem evenwel vrij deze zaak te
bestuderen en het college van burgemeester en wethouders zal hem de benodig
de stukken ter hand stellen om zich te oriënteren. Voor verdere informaties
kan het lid de Wit zich wenden tot de secretaris.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
15.Voorstel tot het verlenen van medewerking ex artikel 72 van de Lageronderwijs-
wet 1920 terzake van vervanging meubilair Pastoor Hellemonsschool.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
16.Voorstel tot instelling van een commissie voor sport en lichamelijke op
voeding.
liet lid ACHTERBERG juicht dit voorstel van harte toe en informeert of
volgens het gestelde in artikel 4, lid 4 van de verordening, de sportraad
tijdens de nieuw te houden vergadering, ongeacht het aantal aanwezige leden,
toch besluiten kan nemen.
De VOORZITTER antwoordt dat dit inderdaad mogelijk is.
Het lid BROUWERS zag gaarne een wijziging in artikel 2, onder c, van de
verordening aangebracht, betreffende de benoeming van 4 leden, niet-raadsleden
zdjnde, die terzake van de lichamelijke oefening en de sport deskundig zijn,
In het raadsvoorstel, onder c, wordt gezegd dat het college van burgemeester
en wethouders niet op de eerste plaats aan personen denkt, die reeds rela
ties hebben met bepaalde verenigingen maar meer aan hen, die hiervan los staan.