- 5 -
wellicht mogelijkheden om te onderzoeken en zodoende tot een permanente op
lossing voor het zouavenmuseum te komen. Op grond van deze overwegingen zag
zijn fraktie het voorstel gaarne teruggenomen.
De VOORZITTER zegt op dit betoog heel wat te kunnenantwoorden. In de
eerste plaats is het de bedoeling dat in het gemeenschapstehuis de in bruik
leen ontvangen goederen worden geëxposeerd. Dit is geregeld in artikel 5 van
de concept-overeenkomst. De ruimte op de zolder is evenwel niet van dien aard
dat ook de allergrootste stukken opgesteld kunnen worden, ipch men krijgt nu
voorlopig meer het karakter van een tentoonstelling. Hij is/met het lid Achter
berg eens, dat deze tijdelijke oplossing veel geld kost, maar men zit met de
moeilijkheid dat de congregatie van St. Louis het zouavenmuseum kwijt wil. De
collectie is nu helemaal achter in het gebouwencomplex opgeslagen, wat ook
moeilijkheden bij eventuele bezichtiging oplevert. Een onderzoek naar de toe
stand van de kelders onder de basiliek is niet ingesteld, doch tijdens een
bespreking met het kerkbestuur, deze aangelegenheid betreffende is geadvi
seerd de goederen van het zouavenmuseum nooit in deze kelders onder te brengen
daar deze veel te vochtig zijn voor deze broze spullen. Bij onderbrenging in
het gemeenschapstehuis wordt er een vaste persoon aangewezen, die belast wordt
met de dagelijkse zorg voor de verzameling en de inventaris samenstelt. Het
door het lid Achterberg naar voren gebrachte bezwaar van de aanwezigheid van
luiken in het gemeenschapstehuis bestaat inderdaad. Met een trap kan men
echter de zolder bereiken, terwijl boven het toneel een groot luik aanwezig is,
waardoor de grote stukken uit de verzameling naar boven kunnen worden gebracht.
Er is hierover met de bisschoppelijk conservator en de archivaris van gedachten
gewisseld en ook zij vonden het gemeenschapstehuis een geschikte plaats voor
het museum. Ook de ruimte daar is groot genoeg.
Het lid KEIJ zegt indertijd zelf meegezocht te hebben naar een geschikte
ruimte voor dit museum. Broeder Christoforus had gevoel voor deze collectie,
maar nu heeft niemand er nog interesse voor. Broeder Christoforus is oud ge
worden en nu moet het museum bij de broeders gaan verdwijnen. Alles bij elkaar
is hij ook voor opslag van de goederen onder de kerk. Hij informeert of er
anders geen oplossing te vinden is.
Het lid VAN ELZAKKER is dezelfde mening toegedaan als het lid Keij. Hij
informeert of alle genoemde mogelijkheden zijn onderzocht en er geen andere
oplossing op korte termijn te vinden is.
De VOORZITTER antwoordt dat de beste oplossing voor de onderbrenging van
het zouavenmuseum ongetwijfeld de zolder van het gemeenschapstehuis is, daar
de ruimte onder de basiliek voor dit doel te vochtig is
Het lid BROUWERS is het in deze met het beweerde van het lid Achterberg
eens. Men moet de verschillende mogelijkheden onderzoeken. Wanneer Fideï et
Arti geen mogelijkheden in deze biedt, dan zou de mogelijkheid van een nieuw
op te richten gebouw onderzocht moeten worden.
Het lid ACHTERBERG mist de kosten voor het houden van toezicht in het
voorstel. Hij informeert wat dit toezicht gaat kosten. Hij is nog steeds van
mening dat men tot een comité "Behoud Zouavenmuseum" moet zien te komen. Hij
wil graag bij zijn voorstel blijven, en zou graag een nieuwe kostenopzet zien.
Hij is van mening dat het zouavenmuseum in de buurt van Fideï et Arti moet
komen
De VOORZITTER merkt op dat de oprichting van een nieuw gebouw een kost
bare aangelegenheid zou worden. De toegang tot de zolder van het gemeenschaps
tehuis zal, volgens spreker, de mensen die het museum eventueel willen bezoeken
niet afschrikken. Voorts is er in het gemeenschapstehuis verwarming aanwezig,
terwijl ook de huur van de zolder niet overdreven hoog zal zijn.