GEMEENTE OUDENBOSCH
n*
Vergadering van de gemeenteraad
op donderdag 16 maart 1967
des avonds om 7.50 uur
Aanwezig de leden: C.A. van Oosterhout, A.A.J.M. Braat, drs. L.P. Achterberg,
S.J. den Boer, W.L.G. Brouwers, G.A. Dekkers, Chr. van Elzakker, J.E.M. de
Haas, J.A.J.P. Keij, C.J.Th. Meijers, S.A.I. du Pont, C.P. de Veth, B.J. de
Wit.
Voorzitter: drs. J.If.C. van Casteren.
Secretaris: J.P. van Hoek.
1Opening
De VOORZITTER opent de vergadering met gebed.
2. Notulen
Het lid DEN BOER merkt op, dat het lid Achterberg bij punt 3 eveneens
gevraagd heeft of er voor het ziekenhuis ook nog consequenties verbonden waren
aan de intrekking van het garantie-besluit ad 1 .000.000, In de notulen
staat hiervan niets vermeld.
De VOORZITTER zegt dat deze opmerking alsnog in de notulen zal worden
opgenomen. Er is waarschijnlijk bedoeld dat er aan deze aangelegenheid geen
consequenties verbonden waren en dat zodoende deze zaak van de baan was.
Het lid VAN ELZAKKER merkt op, dat onder punt 5, aangaande toekenning
subsidies 1967, vermeld is dat de Oudenbossche Harmonie een subsidie van het
rijk ontving van 2.500,Dit moet zijn de school voor amateuristische
kunstbeoefening.
Het lid ACHTERBERG zegt dat hij, voor wat betreft punt 5, aangaande de
stichting van een nieuwe school voor gewoon lager onderwijs (ie school), nu
zelf het MUWI-systeem zal gaan onderzoeken en zijn bevindingen kenbaar zal
maken aan de raad.
Het lid DEN BOER merkt op, dat bij punt 11, betreffende de stichting van
een 2e school voor gewoon lager onderwijs, gesteld is dat de toepassing van
het MUWI-systeem bij de bouw van deze school later bekeken zou worden. Voorts
wil hij nog even terugkomen op de behandeling van de aanleg van een begraaf
plaats, besproken in de rondvraag. Er is toen gezegd dat de zorg voor de aan
leg van een begraafplaats sinds kort bij de gemeente berust. Hij zegt te weten
dat deze zorg reeds bij brief van 3-4-65 aan de gemeente is opgedragen.
De VOORZITTER zegt gehoord te hebben, dat deze kwestie aan de orde is
geweest sinds de tweede pastoor zich hier in de gemeente heeft gevestigd. Hij
noemt 2 jaar nog een betrekkelijk korte tijd, als men aanneemt dat deze zaak
speelt sedert de oprichting van een tweede parochie in de gemeente.
Het lid KEIJ merkt op dat men met deze aangelegenheid al langer bezig is.
Eerst berustte deze zorg bij het kerkbestuur. De gemeente heeft sinds kort
bemoeienis met de aanleg van een begraafplaats.