Het lid ACHTERBERG informeert of het bekend is wanneer de ambtenaar van
bedoelde dienst het pand Markt 68 heeft bekeken en of hij ook gezien heeft
hoe ontluisterd dit pand er nu bijstaat. Hij wilde dan ook voorstellen de
plaatsing van dit pand op de lijst van monumenten aan te houden.
De VOORZITTER dacht dat bedoelde ambtenaar enkele maanden geleden dit
pand heeft bekeken. Het pand Markt 68 kwam op de monumentenlijst van 1931
niet voor. Hij wilde van de thans opgestelde lijst geen panden meer afvoeren
en sou gaarne de mening van de raadsleden horen over de lijst zoals deze
door de minister is vastgesteld.
Het lid ACHTERBERG merkt op dat het pand Markt 68 vroeger een prachtig
bouwwerk was en het toen niet op de monumentenlijst heeft gestaan. Wanneer
de plaatsing van genoemd pand op de lijst van monumenten blijft gehandhaafd
dan kan hij aan dit voorstel zijn medewerking niet verlenen.
De VOORZITTER zegt dat men begrip moet hebben voor het feit dat bepaalde
objecten uit het verleden gehandhaafd blijven.
Het lid MEIJ is van mening dat men steeds meer gaat kijken naar objec
ten, die behouden dienen te worden. Het pand Markt 68 is het waard dat het
behouden blijft. Hij vindt dit het mooiste gebouw van de gemeente Oudenbosch.
De VOORZITTER stelt voor de lijst, zoals deze door de minister is op
gesteld, te handhaven.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen, met de stem
van het lid Achterberg tegen, voor wat betreft de plaatsing op de monumenten
lijst van het pand Harkt 68.
24. Rondvraag.
Het lid KEIJ vraagt of er wellicht iets kan worden gedaan aan de ver-
keersgevaarlijke situatie ter plaatse van het üostvaardeke, uitkomende op
de Kade.
De VOORZITTER zegt toe dat deze vraag bekeken zal worden.
Het lid de WIT vraagt aandacht voor de verbetering van het wegdek van
de Markt.
De VOORZITTER antwoordt dat aan de Grontmij gevraagd is om een verbete
ringsplan op te stellen teneinde tot verDetering van deze weg te kunnen komen.
Het lid de UIT zegt dat bij de ingekomen stukken een schrijven was ge
voegd van het Landbouwschap, waarin werd verzocht medewerking te verlenen bij
een te houden telling. Hij informeert of er van gemeentewege wellicht een
lokaal beschikbaar wordt gesteld.
De VOORZITTER antwoordt dat bedoeld schrijven voor kennisgeving is aan
genomen. Van gemeentewege wordt hier verder niets aan gedaan. Voor beschik
baarstelling van zaalruimte dient het Landbouwschap zich tot een particuliere
instantie te wenden.
Het lid de WIT vraagt nogmaals aandacht voor de verlichting van de Haven-
dijk, de verharding van de oprit en het witmaken van de randen der Standdaar.-
buitense brug.
De VOORZITTER zegt toe dat deze vragen bekeken zullen worden.
Het lid KEIJ is eveneens van mening dat de hoge randen van de Standdaar-
buitense brug nodig gemarkeerd dienen te worden.