-15-
Als alles goed gaat dan zou in het najaar 1968 de aanbesteding kunnen plaats
vinden. Bij de doorstroming heeft men met de moeilijkheid gezeten dat de ge
meente Oudenbosch niet door institutionele beleggers werd waardig bevonden
om huizen te bouwen. Wanneer hier woningen werden gebouwd met een maximum
huur van 175,per maand, dan zouden deze huizen niet leeg staan. Bij de
bouw van een nieuw gemeentehuis wacht men op het advies van de architecten
van de B.N.A. Deze kwestie heeft evenwel de volle aandacht van het college
van burgemeester en wethouders. Hij zegt begrepen te hebben dat het lid
Meijers met de uitkeringen betreffende de Algemene Bijstandswet kan instem
men. Hij zegt dat, wat deze kwestie betreft, hij aan de zijde van het lid
Ileijers te vinden is.
Op de beschouwingen van het lid Achterberg zegt hij het volgende:
Er is gezegd dat het volgend jaar de vragen en antwoorden van de afde
lingsvergaderingen in een verslag worden opgenomen. Wat betreft de gemeen
schappelijke regeling Streekarchivariaat; hiervoor moet men de gemeente Etten-
Leur eigenlijk kwaad op aankijken. De commissie wordt niet bij elkaar geroepen.
Het college van burgemeester en liethouders zal over deze kwestie schriftelijk
bij de gemeente Ïïtten-Leur informaties inwinnen. Post 144. Voor het jaar 1968
wil men de subsidie van de oude stichting aan het nieuwe instituut beschik
baar stellen. Het gaat hier om een bedrag van nog geen 300,en deze sub
sidie wordt eenmalig toegekend. Post 204. Er zal worden nagegaan welke kos
ten dit onderzoek betreffen. Er wordt hierover regelmatig verslag uitge
bracht. De kwestie van het hoofdstuksgewijze overzicht in de nota van aanbie
ding is de schuld van het college van burgemeester en wethouders, die dachten
dat dit overzichtelijker en korter was. Een meerjarig investeringsprogramma
ligt meer voor de hand dan een jaarlijks programma. Hen kent zogenaamde ren
dabele en onrendabele investeringen. Hij noemt hier de aanschaf van een boek
houdmachine, welke zijn nut over een aantal jaren afwerpt en waarvoor het
nut direct aanwijsbaar is. Deze aanwijsbaarheid en het nut er van zijn niet
voor alle investeringen concreet aan te geven, bijvoorbeeld de bouw van een
gemeentehuis en het treffen van voorzieningen voor sportzaken.
Voor de credietbewaking wil het college van burgemeester en wethouders
wel jaarlijks een lijst opstellen van niet uitgevoerde raadsbesluiten. Om
in de nota van aanbieding ook nog een onderwijsnota op te nemen zij het
volgende opgemerkt. Het onderwijs vormt een onderdeel van een structuurnota.
Er wordt dus reeds voldoende aandacht aan besteed. De andere punten worden
in het jaarverslag weergegeven.
V/at betreft de credietbewaking van de dienst gemeentewerken, gesteld
door de heer du Pont, licht hij toe dat het bedrag na elk kwartaal kan worden
overgeboekt. Het lid du Pont was niet overtuigd van de mogelijkheid om meer
planmatig te werken. Hierop antwoordt hij dat dit alles erg moeilijk blijft.
De subsidieverlening in de kosten van de Levensschool door andere gemeenten
geschiedt op vrijwillige basis. De andere gemeenten kunnen daartoe niet wor
den verplicht. De meeste gemeenten dragen wel mee in deze kosten, doch dit zijn
onverplichte uitgaven. Ook andere gemeenten zitten soms krap wat de finan
ciën betreft. 130 deel van de saldireserve mag worden aangewend voor het
geraamde nadelig tekort van de begroting van de algemene dienst. In feite
wordt er echter meer gevraagd dan 130 deel. Wanneer men zoveel saldireserve
heeft dan zou het dwaas zijn als er maar precies 130 deel wordt gevoteerd.
Het lid Keij heeft voorgesteld de keurlonen van de vee- en vleeskeu
ringsdienst te verhogen. Verhoging van de keurlonen vindt hij niet verstan
dig. Het nadelig saldo is een k\/estie van een sterke personeelsbezetting. Er
is al meerdere malen gesproken over aansluiting bij de gemeente Roosendaal.
