Wij zijn niet tegen de oprichting van een winkelcentrum, Maar wel moeten wij
er voor waken, dat de toekomstige huurders of eventuele kopers niet voor onnodig
zware lasten komen te zitten. DAAR STAAT OP VALT HET CENTRUM MEDE.
Nu er sinds kort een afdeling van het Middenstands Bedrijfsopbouworgaan voor
West-Brabant, t.w. de Stichting Westbrabantse Bedrijfspanden, met als bestuur:
de heer Wouters, voorzitter van het diocees Breda, dr. Luyckx van het C.O.M. en
de heer Suurenbroek, directeur van de Middenstandsbank in Breda.
Het doel is de aspiranthuurder of kopers die voorlichting en adviezen te
geven in verband met de nieuwbouw van winkelcentra, welke voor hen van essentieel
belang zijn.
Het M.B.O. heeft reeds winkelcentra gerealiseerd o.a. in Eindhoven en Leid-
sendam en er is in dit gewest reeds contact opgenomen bij nieuwe centra in Roosen
daal.
Het grote verschil tussen de werkwijze van deze stichting en die van een
makelaar is het z.g. Leasing systeem; d.w.z. de aspirant-koper kan na verloop
van zijn huurcontract het pand kopen tegen de boekwaarde. De afschrijvingen
heeft hij reeds bij de huur betaald. Hier ia dus geen sprake van structurele
winst. Deze komt geheel de koper ten goede.
Het is ook in het belang van de gemeente dat de ondernemer met hun werkne
mers een redelijk bestaan hebben. U weet uit de pers hoe moeilijk dit is.
Ook zorgt deze stichting via het waarborgfonds dat de juiste mensen op de
juiste plaats worden gezet.
Nu hebben wij als plaatselijke afdeling van de N.R.K.M. contacten over dit
winkelcentrum met deze stichting. Wij ontvangen hierover binnen 1'4 dagen een
interessant rapport.
Aansluitend hierop moge ik u verzoeken dit punt van de agende te willen ver
schuiven naar de eerstvolgende vergadering waarna wij beter georiënteerd zijn en
ook mogelijk in staat zijn de financiering van het plan te kunnen verwezenlijken.
Wethouder KEIJ had gaarne gezien dat de heer Kessel met het voorstel 3 jaar
eerder was gekomen. Hij betreurt wel de gang van zaken doch nu het eenmaal zover
is gekomen kunnen burgemeester en wethouders moeilijk een ander voorstel in
dienen.
De VOORZITTER antwoordt dat er min of meer een morele binding met het aan
nemingsbedrijf van Agtmaal bestaat. Hij zelf heeft ook dikwijls gevraagd naar de
naam van de belegger.Tot dusver is deze naam achterwege gebleven. De rijksgoed*-
keurxng is echter ontvangen zodat het dringend noodzakelijk is om zo spoedig
mogelijk te geraken tot de bouw.
Het lid KESSEL bepleit nogmaals de aanhouding van dit punt tot de volgende
vergadering. Hij beschikt dan over meerdere gegevens zodat de gehele zaak nog
beter lean worden overzien.
De VOORZITTER wijst erop dat het varen van een andere koers veel oponthoud
zal teweeg brengen. Als de heer Schravesande en de Gebr. van Agtmaal het onder
ling eens worden dan zou hij partijen de kans willen gevenT
Het lid VERMEULEN acht uitstel eveneens gevaarlijk. De inschakeling van de
door het lid Kessel genoemde stichting moet vertragend werken.
De VOORZITTER zet de gang van zaken vanaf het begin omstandig uiteen. Het
aannemingsbedrijf Gebr. van Agtmaal is met het plan gekomen he tee lk is gemaakt
door architect Nelissen uit Hoeven. Ha diverse besprekingen op de Provinciale
Griffie en op het bureau van de Volkshuisvesting te 1s-Hertogenbosch is het be
nodigde bouwvolume gereserveerd en is thans de rijksgoedkeuring ontvangen zodat
met de bouw kan worden begonnen. Er zijn door de partijen diverse kosten gemaakt.
Het laat zich aanzien dat men spoedig tot overeenstemming komt.