-7- 15. Rondvraag. Het lid BROUWERS informeert naar de stand van zaken met betrekking tot de op te richten sportraad. De VOORZITTER deelt mede dat deze door middel van particulier initiatief tot stand moet komen; binnen afzienbare tijd vervrachten burgemeester en wethou ders hiervan enig resultaat omdat een bespreking hierover zal worden belegd. Het lid VERMEULEN vraagt of de mogelijkheid bestaat dat er voor het station een grotere parkeerruimte wordt geboden. De VOORZITTER zegt dat dit dan gaat ten koste van het plantsoen. Hij zegt toe dit probleen te laten onderzoeken. Het lid ACHTERBERG betreurt de afsluiting van de achterzijde van het sta tionsemplacement met prikkeldraad. De VOORZITTER zegt dat hieraan door de gemeente niets kan worden gedaan; het terrein is eigendom van de Nederlandse Spoorwegen. Voorts deelt hij mede dat voor enige dagen een schrijven is ontvangen van de Nederlandse Spoorwegen, waarin wordt medegedeeld, dat zij voorlopig nog niet zullen overgaan tot het aanbrengen van automatische halve-overwegbomen aan de overweg Bosschendijk, waaimee samenhangt het voor het verkeer openstellen van de verbinding tussen de Bosschendijk en de Pagnevaartweg. De Nederlandse Spoorwegen blijven op het standpunt staan de overweg aan de Lollestraat op te geven» Het lid DEKKERS informeert wie de prijs vaststelt van het vlees dat op het noodslachthuis voor de verkoop wordt aangeboden en op welke basis en hoe een en ander wordt bekend gemaakt aan de gemeentenaren. De VOORZITTER zegt toe spreker hierover zo spoedig mogelijk in te lichten na contact te hebben opgenomen met het hoofd van de keuringsdienst. Het lid VAN SPAANDONK vraagt of reeds is onderzocht naar de mogelijkheid dat bij het uitgaan van de school de kinderen met het oversteken kunnen worden geholpen door zogenaamde "klaar-overs De VOORZITTER zegt dat is geadviseerd hiertoe niet over te gaan, daar de overstekende groepen te groot zijn. Op voorstel van het lid VERMEULEN zal worden nagegaan of "klaar-overs" van dienst kunnen zijn bij de aanvang der scholen, wanneer het «versteken niet in zulke grote groepen geschiedt. Het lid ACHTERBERG informeert of eventueel in samenwerking met andere ge meenten, bij erge sneeuwval kan worden overgegaan tot het sneeuwvrij maken van de straten, met groter materieel en nog intensiever dan zulks vorige winter is geschied. De VOORZITTER zegt dat dit zeer moeilijk zal gaan, de andere gemeenten hebben dan toch ook hun handen vol met het sneeuwruimen ter plaatse en zal samenwerken moeilijk zijn. De vorige winter heeft men hieraan met man en macht gewerkt. Men kon evenwel onmogelijk op alle plaatsen waar dit gewenst was de nodige werkzaamheden verrichten. De dienst openbare werken heeft verschillende avonden doorgewerkt, doch men moest zich beperken tot het allernoodzakelijkste, bovendien heeft men nog te kampen gehad met stukken aan de vrachtauto.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1963 | | pagina 64