-2-
8. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet groot f 900.- ten behoeve van
scheeuvaartremmingen ingang haven (54e wi.iziging gemeentebegroting I960)
Het lid VERHEULEN vraagt of hierdoor de moeilijkheden definitief zullen zijn
opgelost.
De VOORZITTER bevestigt dit. De betreffende werkzaamheden werden geadviseerd
door het heemraadschap van de Mark en Dintel.
Het voorstel wordt hierna, zonder hoofdelijke stemming aanvaard.
9. Voorstel tot het verlenen van een subsidie groot f 1 .000.- aan de Kerkvoogdij
der Hervormde Gemeente alhier in de kosten voor de restauratie van de toren der
N.H. Kerk (35e wi.iziging gemeentebegroting 1960)
Het lid VERMEULEN vraagt zich af of de huidige kerk niet te klein is. Indien
zulks het geval is, zag hij liever dat alles ter plaatse werd gesloopt en elders
een geheel nieuwe kerk met pastorie werd opgetrokken.
Het lid BROUWER zegt, dat de kerk groot genoet is. Restauratie was echter wel
zeer noodzakelijk.
De VOORZITTER antwoordt, dat sloop ook niet zo eenvoudig zou zijn. De
pastorie valt n.l, onder Monumentenzorg. Hier krijgt men zonder meer ook geen
toestemming voor.
Het lid KESSEL vindt het vreemd dat nu pas om subsidie wordt gevraagd, ofschoon
het werk reeds uitgevoerd is.
Het lid TOLHUIZEN heeft geen enkel bezwaar tegen subsidieverlening. Toch had
hij liever gezien, dat alvorens de restauratie had plaats gehad, de aanvrage was
behandeld.
Het lid van ELZAKKER zegt, dat hij geen enkel bezwaar heeft. Het tijdstip
waarop de aanvrage binnenkomt, vindt spreker niet bezwaarlijk.
Wethouder KEIJ zegt dat hij in augustus j.l. tijdens zijn waarneming als
burgemeester een gesprek heeft gehad met de heer Koetsdijk. Deze deelde mede, dat
bij herstel van het dak van de toren bleek, dat deze geheel versleten was. Ze konden
niet anders, dan het geheel vernieuwen. Dit bracht voor de Kerkvoogdij extra kosten
mede, die zij niet konden financieren. De heer Koetsdijk vroeg toen om een gemeente
lijke bijdrage. Wethouder Keij heeft toen geadviseerd een aanvrage tot het gemeente
bestuur te richten.
De VOORZITTER zegt dat de Kerkvoogdij in eerste instantie geen gemeente-subsidie
nodig had. Men kwam echter onverwacht voor algehele herstelling van de toren te staan.
Hier was niet op gerekend. Men kon niet anders, dan het geheel herstellen. Stoppen
met de werkzaamheden was ook niet mogelijk, men was volop bezig en alles lag open.
De Kerkvoogdij heeft na deze tegenslag onmiddellijk de aanvrage ingediend. Spreker
vindt het alleszins billijk een gemeentelijke bijdrage te verlenen.
Het lid DEKKERS informeert of ook geen bijdrage kan worden aangevraagd bij
Monumentenzorg.
De VOORZITTER zegt dat dit niet mogelijk is. Alleen de pastorie valt onder
Monumentenzorg, niet het kerkgebouw.
Het lid van ELZAKKER vindt het vreeni^, dat de subsidie-uitgave moet worden gedekt
middels de opbrengst van grondverkoopVolgens spreker heeft dit toch niets met
elkaar uit te staan.
L