De zakelijke argumenten zijn voor het vertrek van de maatschappij niet doorslaggevend.
De uitslag der stemmingen zijn hiervan een duidelijk bewijs. Was dit wel het geval
geweest, dan zou het vertrek met algemene stemmen zijn bekrachtigd. Hoe of men het
ook bezag, economisch voor het bedrijf kon men net zo goed voor als tegen stemmen.
Daar komt m.i. bij dat vanuit Oudenbosch 4e uitbreiding in heel het oostelijk
concessiegebied vaststaat, terwijl de toekomst voor de maatschappij realiteit gaat
worden daar de ontwikkeling in westelijke richting bij de uitvoering van de Delta
werken enz., een grote vlucht gaat nemen.
Daar is dan gestemd en de doorslag werd gegeven door de voorkeur voor een andere
gemeente, in dit geval Breda boven Oudenbosch.
Daarom mijnheer de voorzitter, is vooral de houding van de burgemeesters van
Dongen, Oud-Gastel en in het bijzonder van Etten en Leur voor ons, en met Oudenbosch
de streek, zo bedroevend. De houding van de burgemeester van Dongen is door niemand
te verklaren of zelfs te begrijpen. In een uitgebracht rapport van een commissie van
aandeelhouders bevestigt deze burgemeester door een handtekening eronder te plaatsen,
voor de vestiging der maatschappij te Oudenbosch te zijn. Bij de hoofdelijke officiële
stemming, zonder enige motivering nota bene, stemt hij tegen Oudenbosch en voor
Breda, Ieder denkt en zegt hiervan het zijne, maar het is niet veel moois. Ook zijn
medebestuurders - en met deze meerderen uit Dongen- zijn dan ook zéór teleurgesteld
over deze handelwijze.
De visie van de burgemeester van Oud- en Nieuw Gastel valt mij tegen, hoewel
zij mij niet bevreemdt!
Etten stemde vóór het vertrek uit Oudenbosch. Andere gemeenten deden dit ook,
maar hadden aan ons geen verplichtingen. Etten had en heeft dit wel. Etten ligt in
het ontwikkelingsgebied Zuid-West-Brabant, waartoe Oudenbosch ook behoort. Etten
industrialiseert zelf net als Oudenbosch. Niemand beter dan de burgemeester van
Etten weet wat het zeggen wil als een gemeente een bedrijf als dat van de water
leidingmaatschappij moet gaan verliezen. Toch stemde burgemeester Gottwald tegen
Oudenbosch, terwijl zijn naaste en dagelijkse medewerkers zich vóór Oudenbosch uit
spreken. De reden daarvan weten wij niet, wel weten we dat de burgemeester van Etten
en Leur door zijn houding niet verder gekeken heeft dan de grens van zijn eigen
gemeente, de grens van het eigen belang. De onderlinge samenwerking en solidariteit,
die wij hier in het noodgebied zo dringend hard nodig hebben, had voor Etten een
richtsnoer moeten zijn. Want zonder die samenwerking kunnen we de problemen in onze
eigen zo achtergebleven streek niet oplossen. Die samenwerking legt ons allemaal
verplichtingen op. Wanneer we die verplichtingen niet willen nakomen, dan kan niemand
ons dit verhinderen, maar het pijnlijke gevolg is, dat er tegenwerking ontstaat, ook
op andere gebieden, dan waarop medewerking werd geweigerd.
De burgemeester van Etten heeft getoond, dat hij voor deze streekbelangen geen
oog heeft. Deze houding is foutief en daarop wil ik hier uitdrukkelijk wijzen in het
belang van de streek. Waarschijnlijk heeft de burgemeester van Etten zich deze
consequenties van zijn houding niet gerealiseerd. Wij zijn graag bereid een en ander
als een vergissing te beschouwen. De samenwerking in onze streek is të belangrijk om
door blijvende ruzie en tegenstellingen onmogelijk te worden gemaakt. Wat niet wegneemt,
dat wij het als onze plicht hebben beschouwd om hier duidelijk te stellen dat de
houding van Etten in deze kwestie voor Etten zelf geen voordeel, maar voor ons als
streek groot nadeel kan meebrengen.
Voorzitter, daarom spreek ik mijn erkentelijkheid uit voor die gemeenten, die
steeds solidair zijn geweest met het gezonde principe"Wat historisch op het platte
land gegroeid en groot geworden is, moet men daar behouden en niet eerder dan om zware
bedrijfseconomische redenen verplaatsen naar de centra of stad". Hierbij wil ik mijn
grote waardering uitspreken voor de buurtgemeenten en in het bijzonder voor burgemees
ter de Krom uit Hoeven, die ondanks alles wat er heeft gespeeld tussen de gemeenten
Hoeven en Oudenbosch, tbch de streekbelangen heeft gediend»