1
6. Voorstel tot ruiling van grond
Zonder gedachtewisseling en hoofdelijke stemming wordt besloten tot de navol
gende ruiling van grond om niet:
de gemeente Oudenbosch neemt in eigendom over van het Algemeen Burgerlijk Armbestuur
te Hoeven het perceel grond kadastraal bekend gemeente Oudenbosch, sectie B 1563,
groot 1,06.20 ha en
de gemeente Ouden bos ch draagt in eigendom over aan het Algemeen Burgerlijk Armbestuur
te Hoeven de percelen kadastraal bekend gemeente Hoeven, sectie G nrs. 763 en 764, elk
ter grootte van 0.70.90 ha.
7. Voorstel tot het verlenen van subsidies
Het lid van ELZAKKER vindt een subsidie van 175,— voor het gemengd koor niet
aan de hoge kant. Hij zou graag willen voorstellen om ter gelegenheid van het eerste
lustrum voor eenmaal een hoger subsidie te geven.
De VOORZITTER wijst erop dat dit consequenties met zich brengt ten opzichte van
andere verenigingen. Hierbij moet niet uit het oog worden verloren, dat de gemeente
bij andere gelegenheden aan het gemengd koor zeer belangrijke subsidies beschikbaar
stelt. Dit koor heeft reeds enige malen een oratorium gegeven. Dit loffelijke streven
wordt door de gemeente wat betreft de financiën krachtig gesteund. Het gaat hier om
bedragen rond 1.000,- per oratorium.
Het lid van ELZAKKER vergelijkt het subsidie van 500,— aan de drumband met dat
van 175aan het gemengd koor. In het licht van de prestaties acht hij dit geen
juiste verhouding.
Het lid VERMEULEN stelt vast dat eenmaal verleende subsidies bij een goede
penningmeester zelden verlaagd zullen worden. Hij uit woorden van lof zowel voor de
prestaties van het gemengd koor als die van de drumband. Hij vraagt of zich wel eens
moeilijkheden hebben voorgedaan bij de toekenning van subsidies aan het gemengd koor
ter gelegenheid van belangrijke evenementen.
De VOORZITTER zegt dat ieder jaar op de begroting een post wordt uitgetrokken
waaruit subsidies kunnen worden verstrekt ter ondersteuning van culturele evenementen
op hoog niveau. Het gmengd koor heeft hiervan in het verleden niet onaanzienlijke
sommen ontvangen. Indien de gemeente geen grote financiële steun biedt, is een
sluitende exploitatie van deze culturele gebeurtenissen onmogelijk.
Het lid van ELZAKKER zegt dat hij door genn enkel lid van het gemengd koor is
benaderd. Gezien de uitstekende prestaties van dit koor blijft hij er toch voor
voelen al is het slechts voor eenmaal het subsidie hoger te stellen, bijv. op
300,- of 250,-.
Het lid TOLHUIZEN schaart zich achter de zienswijze van burgemeester en wethouders.
In het verleden heeft de gemeente hoge subsidies verstrekt waar het gold de organisatie
van culturele voorstellingen. Zou men een andere werkwijze volgen in dier voege dat
het gemengd koor voortaan meer subsidie gaat genieten, maar in de toekomst niet meer
kan rekenen op extra financiële steun bij de organisatie van culturele uitvoeringen,
dan wordt de toestand naar zijn zienswijze voor het koor slechter.
Wethouder van OOSTERHOUT brengt naar voren dat de besluiten op de vele subsidie
verzoeken in een moeilijk vlak liggen. De stroom van adressen houdt niet op en dit
zowel plaatselijk als landelijk.
Hij vraagt zich af of de viering van een lustrum aanleiding moet zijn om een
subsidie op een hoger bedrag te stellen. Er zijn vele plaatselijke verenigingen, welke
alle t.z.t. komen aan de viering van een lustrum. Gaat men nu aan het gemengd koor
meer subsidie geven vanwege de viering van het eerste lustrum, dan is hij bevreesd
voor de consequenties.