VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD
op vrijdag 31 mei 1957,
des avonds om 19.00 uur
Aanwezig de leden* J-»AJPKei jC.A. van Oosterhout. H.II. Rubbens, N. Vissenberg,
M.A, van den Bosch, J.J. Plevier, A.C. van der Smissen, Chr. van Elzakker,
J.A.P.M. van Spaandonk, H, Tolhuizen en J.J. Blaakman.
Afwezig: het lid P.M. Brouwer.
Voorzitter: B. Punk.
Secretaris: J.F. van Hoek.
1». „OTWPg
De voorzitter opent de vergadering met gebed.
Npijul^fi
De notulen van de vergadering van 29 april 1957 worden zonder hoofdelijke
stemming vastgesteld.
5. Voorstel tnt;
h.e.t aangaan van twee overeenkomsten van geldlening, respectievelijk:
gjUSff.t. Ba^k ypor Nederlandsche Gemeenten te s-Gravenhage. groot
b. met de Rijkspostspaarbank te Amsterdam, groot f ^00.000.-:
Il.j. het verstrekken van twee geldleningen aan de Stichting "Gemeenschapstehuis
Oudenbosch", groot f 62.000- en f 7^.800.-..
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen.
Het lid van ELZAKKER vraagt hierna of bij de aantrekking van de geldon ook
gedacht is aan het te stichten wijkgebouw van het Wit-Gele Kruis.
De VOORZITTER antwoordt ontkennend»
Het lid PLEVIER vraagt of door do verstrekking van de gelden aan de Stichting
Gemeenschapstehuis de realisering van hot zwembadplan niet wordt bemoeilijkt.
De VOORZITTER deelt mede, dat zulks niet het geval is.
Beide staan los van elkaar. Verder wijst hij er op dat het gemeenschapstehuis niet
door de gemeente, maar door een stichting wordt gebouwd.
Het lid PLEVIER zegt dat bij een doortastende aanpak van hot zwembadplan vanaf
het eerste begin dit reeds had kunnen zijn verwezenlijkt.
De VOORZITTER is van oordeel dat de laatste jaren met veel aandrang er aan is
gearbeid. De gedeputeerde staten hebben het crediet goedgekeurd, doch thans is het
wachten op de rijksgoedkeuring. Do moeilijkheden zijn inmiddels nog groter geworden
door de van hogerhand opgclogdo bestedingsbeperking. Burgemeester en wethouders
streven met allo kracht naar een zo spoedig mogelijke uitvoering van de plannen»
Wethouder KEIJ wijst op de vele moeilijkheden die men heeft ondervonden bij
do keuze van het terrein.