VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD
op woensdag 28 maart 1956,
des avonds om 19.00 uur
Aanwezig de leden: J.A.J.P, Keij, C.A, van Oosterhout, H.M. Rubbens, N. Vissenberg,
M.A. van den Bosch, J.J. Plevier, A.C. van der Smissen, Chr. van Elzakker, J.A.F.M.
van Spaandonk, L.J.M. Peters, H. Tolhuizen en J.J. Blaakman.
Voorzitter: B. Funk.
Secretaris: J.F. van Hoek.
1Opening
De voorzitter opent de vergadering met gebed.
Vervolgens herdenkt hij het overleden lid, de heer H.C. Geerts als volgt:
"Het ernstige karakter van onze bijeenkomst van heden in de Goede Week wordt nog
geaccentueerd door het feit dat onze raad vandaag onvoltallig moet samenkomen ten
gevolge van het overlijden van ons geacht lid de heer H. Geerts.
U sta mij toe hem op onze eerste officiële bijeenkomst na zijn wel zeer plotse
ling overlijden met enkele woorden te herdenken.
Wie de heer Geerts goed gekend heeft - en dat hebben wij allen - zag in hem een
man wien de publieke belangen ten zeerste ter harte ginden. Speciaal kwam dit tot
uiting door zijn lidmaatschap van de gemeenteraad, van welk college hij van 1 sep
tember 1931 tot juli 1945 en daarna weer van 1 september 1949 tot de dag van zijn
overlijden (l maart 1956) deel uitmaakte. Deze periode heeft hem wel gemaakt tot het
naar anciënniteit gerekend oudste raadslid.
We hebben in de heer Geerts iemand gehad die zijn mening in de raad naar voren
wist te brengen op een bevattelijke toon en in logische betoogtrant. Meermalen hebben
wij omtrent aangelegenheden van algemeen belang zijn mening vernomen en bijna steeds
moesten wij bewondering opbrengen voor zijn helder doorzicht en argumentatie.
De heer Geerts wist ook - als het moest - alleen te staan. Hij bewees dit
door als éénling met eenvlijst voor de gemeenteraadsverkiezingen uit te komen en
zijn zetel te behalen. Een merkwaardige coïncidentie is wel dat de Kieswet in ge
meenteraden van meer dan 11 leden de opengevallen plaatsen van lijsten met één
candidaat onvervuld laat. Bij enig nadenken is dit wel zeer logisch, doch het effect
er van zal niet weg te cijferen zijn, n.l. dat de heer Geerts zich,door zijn over
lijden, gedurende enige jaren onvervangbaar heeft gemaakt, terwijl wij doorgaand
toch aannemen dat eenieder vervangbaar is op dit ondermaanse.
Om deze reden zullen wij hem nog meer missen.
Ook als mens hebben wij de heer Geerts leren waarderen als iemand, waarmede het
aangenaam was om contact te hebben en die, als de evenmens in nood verkeerde, de
helpende hand op daadkrachtige wijze wist te bieden. Als bewijs hiervoor behoef ik
slechts te memoreren het feit dat hij op 1 februari 1953, toen de stormramp over
ons land losbarstte gastvrij de poorten van Kunstmin opende en eenieder, die in
nood verkeerde, in zijn huis opnam en van voedsel en warmte voorzag. Ook om deze
reden zal hij ongetwijfeld nog lange tijd in onze dankbare herinnering blijven
voortleven.
Ik moge besluiten met u voor te stellen een H.Mis voor het zieleheil van de
overledene te doen opdragen en hom thans enige ogenblikken in stilte te herdenken."
Deze rede wordt staande aanhoord.