7
Deze nieuwe overeenkomsten zijn in finantfiëel opzicht gunstiger
dan de vigerende. De hieruit voortvloeiende voordelen zouden
kunnen worden bestemd ter nivelering van de nadelen die zouden
voortspruiten uit de latere inwerkingtreding van de verhoogde gas-
tarieven.
Wethouder KEIJ zegt dat de gastarieven in feite al eerder
moesten zijn verhoogd. Het bedrijf werkt op het ogenblik met ver
lies. Er behoeft wel geen winst te worden gemaakt, doch het is_
z.i. beslist wenselijk te streven naar een sluitende exploitatie.
Verder merkt hij op dat het nieuwe contract zowel voor- als
nadelen heeft. Het is echter zeer moeilijk nu al te voorzien hoe de
omstandigheden bijv. met betrekking tot het gasverbruik zich zullen
ontwikkelen. Op dit ogenblik is echter het aangaan van de nieuwe
overeenkomst in het financieel belang van de gemeente.
De VOORZITTER zegt dat uitstel der verhoging van de tarieven
zeer bezwaarlijk is. Het voordeel, voortspruitende uit het in
werking treden van de nieuwe overeenkomsten per 1 April 1953,
zal geen winst tot gevolg hebben, maar alleen een daling van het
nadelig exploitatie-saldo. Verder wijst hij op artikel 1 van de
overeenkomst voor de gaslevering, waar in staat dat maximum per
jaar 935.000 m3 mag worden afgenomen. Voorlopig is deze hoeveel
heid ruimschoots voldoende. Mocht echter het gasverbruik sterk
gaan stijgen, zodat de grens van 935.000 m3 wordt overschreden, dan
zal opnieuw via de contactcommissie met de staatsmijnen moeten
worden onderhandeld.
Het lid PEETERS adviseert onder deze omstandigheden het
gasverbruik niet te stimuleren.
Vervolgens worden de voorstellen zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
12. Voorstel tot goedkeuring van de begroting van het algemeen
burgerlijk armbestuur en tot vaststelling van de bedrijfsbegrotin-
gen en ae gemeentebegroting voor het dienstjaar 1954.
De VOORZITTER bespreekt in het kort de vragen, gesteld door
de afdelingen van de raad, belast met het onderzoek van de begro
tingen. Het eerste punt betreft de bemoeiingen van de raad ten
aanzien van het huurbeleid. De huren van de gemeentewoningen, welke
met steun van het rijk worden gebouwd, worden op voorstel van bur
gemeester en wethouders vastgesteld door de minister van wederopbouw
en volkshuisvesting. Medegedeeld wordt nog dat burgemeester en
wethouders zich gewend hebben tot de betrokken bewindsman om de
huren van de daarvoor in aanmerking komende woningen opnieuw vastv
te stellen in dier voege dat de onderlinge verschillen, welke thans
niet in alle opzichten gerechtvaardigd zijn, worden teruggebracht
tot redelijke proporties.
De kwestie omtrent de al of niet wenselijkheid van de aanschaf
van een vrachtauto is ter advisering voorgelegd aan de bedrijven-
commissie.
Burgemeester en wethouders zijn het eens met de opmerking
dat het presentiegeld voor de raadsvergaderingen ad 4,- aan de
lage kant is. Na enige discussie wordt zonder hoofdelijke stemming
besloten aan de gedeputeerde staten dezer provincie het verzoek te
richten het presentiegeld voor de bijwoning der raadsvergaderingen
te verhogen tot 6,- en voor de raadscommissiën te bepalen op
3,- per lid en per vergadering.