4
7. Voorstel tot "beschikbaarstelling van een bijdrage ineens ad £.27.64'
in de uitbreidingskosten van het waterleidingnet door de N.V1
waterleidingmaatschappij] "Noord-West-Brabant" en tot 39e
wi.jziging der gemeentebegroting 1950.
Het lid RUBBENS is dankbaar gestemd over dit voor de buiten
wijken zo belangrijke voorstel en adviseert daarom het aanbod
van de waterleidingmaatschappij met beide handen te aanvaarden.
Het lid PLEVIER informeert of er nog percelen buiten vallen.
De VOORZITTER antwoordt bevestigend. Het zijn slechts
enkele woningen, waarvan de aansluitingskosten boven de 1.000,-
liggen. Mochten de bewoners genegen zijn tot betaling van een
bijdrage dan is aansluiting niet onmogelijk.
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen,
8. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet vaü 142500,-voQ3
gedeeltelijke totstandbrenging van een rioleringsstelsel met
centrale lozing en afvalwaterzuiveringsinstallatie en tot 40e
en 13e wijziging der begroting 1950 van de gemeente onderscheiden
lijk het bedrijf gemeentewerken.
De VOORZITTER leest het prae-advies voor en verstrekt aan
de hand van enige kaarten nog een nadere toelichting.
Het lid PLEVIER acht het volkomen uitgesloten, dat de
raad zich na zulk een korte tijd van bestudering een gefundeerd
oordeel kan vormen. Hij stelt voor dit punt van de agenda af
te voeren en de stukken in handen te stellen van de bedrijven-
commissie.
Het lid RUBBENS kan de zienswijze van de vorige spreker
wel begrijpen. Hij is zelf bij een bespreking geweest met Ir.
Bongaerts en is derhalve meer op de hoogte. Spreker wil echter
met nadruk naar voren brengen, dat de voorgestelde werken zeer
urgent zijn en volkomen passen in het kader van de nog in de
toekomst op het gebied van de riolering tot stand te brengen
objecten. In de afgelopen garen zijn diverse keren in de raads
vergaderingen besprekingen gewijd aan de vervuiling van de
w/ateren van de Oude en Nieuwe Landen, De talloze klachten
hierover zijn gegrond bevonden. Wordt nu tot uitstel besloten,
dan zal de toestand in de zomer 1951 nog steeds ongewijzigd
blijven. Spreker bepleit dan ook het voorstel te aanvaarden.
Het lid van den BOSCH wijst er op, dat het niet de be
doeling van lid Plevier is de kwestie op de lange baan te
schuiven. De behandeling in de bedrijvencommissie kan desnoods
binnen enkele dagen haar beslag krijgen.
De VOORZITTER geeft toe, dat het voorstel inderdaad te snel
is ingediend. Zulks houdt weder verband met de financiëel-
technische redenen, waarvan ook sprake is geweest bij punt 6 van
de agenda. Hij adviseert het voorstel op dezelfde wijze te
behandelen als is geschied ten aanzien van het voorstel tot
reconstructie van de straatverlichting, hetgeen neerkomt op het
beschikbaar stellen van de benodigde geldmiddelen, waarna later
het plan definitief kan worden vastgesteld. Hij zou echter
een verder uitstel in de gegeven omstandigheden niet verstandig
achten. Nu is er nog gelegenheid tot raming van bedragen op de
begroting 1950 voor de totstandbrenging van belangrijke
objecten. Deze gelegenheid dient in het belang der gemeente
te worden benut.
