De uitreiking der vergunningen voor het venten van deze pro
ducten komt dan in hetzelfde vlak te liggen als ten aanzien
van de andere goederen.
Het lid GEERTS maakt de voorzitter er op attent, dat de
plaatselijke groentenboeren in de omliggende gemeenten geen
ventvergunning kunnen bemachtigen. Deze afwijzing is alleen
gebaseerd op de plaatselijke politieverordening.
Dit lid - sprekende uit ervaringdie hij regelmatig op de
veiling opdoet - brengt in het midden, dat de plaatselijke
middenstanders op de veiling fruit aankopen tegen behoorlijke
prijzen. Betrokkenen ondervinden echter grote concurrentie van
degenen, die bijv. op de veiling in Tiel tegen zeer lage
prijzen doorgedraaid fruit kopen. Deze kopers gaan dan onmiddel
lijk naar alle mogelijke plaatsen om deze goederen, welke niet
altijd van de allerbeste kwaliteit zijn, snel van de hand te doen.
Het lid Geerts somt nog enkele van deze voorbeelden op. Zoals
appels, die worden opgekocht op de Limburgse veilingen en
bloemen, afkomstig van de Aalsmeerse veiling. Het gevolg hiervan
is, dat onze eigen mensen blijven zitten met artikelen van goede
kwaliteit, ingekocht tegen een redelijke prijs. Hij acht zulks
niet in het algemeen belang.
De VOORZITTER wijst er op, dat het door het lid Geerts
voorgestane doel niet te bereiken is via de politieverordening.
Een weigering van een ventvergunning kan alleen geschieden op
zuiver politiële gronden.
Het lid GEERTS vraagt zich af op welke wijze dan verandering
kan worden gebracht in de door hem gewraakte situatie, waarbij
hij nog eens de aandacht vestigt op de gemeenten, waarin zulks
wel geschiedt ten profijte van de eigen bonafide handeldrijvende
middenstand.
De VOORZITTER geeft nog eens een kort relaas van de strekking
der in de algemene politieverordening vervatte regelingen.
Tot nu toe is steeds strikt gehandeld conform de geest der
verordening. Sommige leden zien echter het vraagstuk tegen een
wijdere achtergrond. Hij stolt zich voor de commissie te
raadplegen, welke is gevormd door de afdeling ÏTo or d-Brabant
van de vereniging van ïïederlandse gemeenten, welke commissie
de gemeentebesturen adviseert met betrekking tot de redactie van
de bepalingen der algemene politieverordeningZodra hij de
nodige inlichtingen hoeft ingewonnen, zal een en ander de leden
worden medegedeeld. Zo nodig kan dan de kwestie opniouw in
beschouwing worden genomen. Met nadruk brengt de voorzitter naar
voren, dat er absoluut geen redenen in het spel zijn, welke
een mindere waardering van de eigen middenstandsbelangen als
ondergrond hebben.
Wethouder van OOSTERHOUT acht het een moeilijke zaak. Men
zit hier als het ware tussen twee groeperingen, waarbij gewezen
wordt op de spanning tussen lonen en prijzen. Vele ingezetenen
zijn niet bij machte iedere week duur fruit aan te schaffen,
zodat men wel eens blij is, dat men tegen lage prijs fruit van
mindere kwaliteit kan kopen.
De voorzitter onderschrijft de visie van de vorige spreker.
Aan het vraagstuk zit inderdaad een formele- en een beleidskant.
Het lid GEERTS kan het betoog van wethouder van Oosterhout
volkomen begrijpen. Hij adviseert he-m echter via de K.A.B. te
bewerkstelligen, dat de minimumprijzen lager worden gesteld.