VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD
op Donderdag,15 December 1949
des avonds om 19.00 uur.
Aanwezigde leden M.A» van den Bosch, L.A.M. Bosma, B.Burgers,
H.CGeerts, J.A.J.P. Keij, J.J. Plevier, H»M. Rubbens
A.G. van der Smissen, J.A.F.M. van Spaandonk, E.J. Veeke,
M.J. Verheijen en N. Vissenberg.
Afwezig:wegens ziekte wethouder C.A. van Oosterhout.
Voorzitter: J.L.P.M. Teijssen.
Secretaris: J.E. van Hoek.
I. Opening.
De voorzitter opent de vergadering met gebed.
2. Onderzoek van de geloofsbrieven van het nieuw inkomend lid
P.O. van loon
Op voorstel van de Voorzitter worden de leden Plevier, van
der Smissen en van Spaandonk aangewezen tot commissie, belast
met het onderzoek van de geloofsbrieven.
De voorzitter schorst voor het onderzoek even de verga
dering. Na haar heropening deelt de heer Plevier mede, dat de
geloofsbrieven van het nieuw inkomend lidP.O. van Loon door
de commissie in orde zijn bevonden. Mitsdien adviseert zij tot
toelating van betrokkene. Zonder hoofdelijke stemming wordt
daartoe besloten.
De VOORZITTER wenst de heer van Loon geluk met zijn toe
lating en heet hem hartelijk welkom. Hij spreekt de wens uit,
dat met hem in een prettige sfeer kan worden gearbeid aan het
welzijn van de Oudenbossche gemeenschap.
5. Notulen.
Het lid GEERTS brengt in herinnering zijn in devergadering
van 19 November jl. geuite vrees omtrent de gasvoorziening van
de St.Bernaertsstraat en Bosschendijk, nadat de nieuwe toevoer
leiding naar de fabriek van Buijs zou zijn gekoppeld aan de
hoofdleiding in de Markt. Het lid Plevier deelde toen mede, dat
volgens de bedrijfsleider van de firma de Boer deze vrees niet
gegrond zou zijn. Spreker heeft daarentegen klachten vernomen,
dat de gasvoorziening in de' St.Bernaertsstraat en Bosschendijk
te wensen overlaat. Dit euvel heeft zich geopenbaard zodra de
firma Buijs van gas werd voorzien door middel van een af
zonderlijke toevoerleiding.
De VOORZITTER interrompeert de spreker door op te merken,
dat hij geen klachten heeft ontvangen.
Het lid GEERTS zegt, dat aan hem wel klachten zijn mede
gedeeld. Zijn vrees is dus bewaarheid geworden. Spreker vraagt
zich af of het wel juist is geweest om de firma Buijs van gas
te voorzien ten behoeve van haar kettingoven vóór de miongas-
verstrekking. Dit te meer met het oog op de desolate toestand,
waarin de ovens verkeren.
