r BUITENGEWONE OPENBARE RAADSVERGADERING op Dinsdag, 31 Augustus 1948, des voormiddags 10.30 uur. Aanwezig: de leden J.a.J.P. Keij, G.a. van Oosterhout, H.M. Rubbens, C.a. Konings, IT. Vissenberg, C.P.a. Kessel, MAvan den Bosch, E.Ch. Geerling, L.E.M. Janssens, G.P.H. Janssens, G.a. Dekkers, B.Burgers en a.B. Korsmit. Voorzitter: J.L.P.M. Teijssen. Secretaris: J.P. van Hoek. 1. Opening. De voorzitter opent de vergadering met gebed. 2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het vaststellen en verzenden van een adres van hulde aan Koningin W'ilïïeTmTna en een adres van trouw aan Koningin Juliana De VOORZITTER houdt eerst de navolgende toespraak: "Het was een diep ontroerend en innerlijk schokkend ogenblik, toen de vertrouwde stem van onze geëerde en geëerbiedigde 'Konin gin, die in de donkere jaren der bezetting zo vaak sterkende en onvergetelijke woorden van bemoediging en van vertroosting en van hoop tot ons heeft gesproken, aan het Nederlandse volk het zwaarwichtige besluit van Haar troonsafstand mededeelde, een historisch woord, gesproken met de rust der overwogenheidmet de kracht, die steeds Haar kenmerk was, met de ondertoon ook van diepe bewogenheid. Wie Haar beluisterde moet het begrip naar boven zijn_geweld: hier spreekt waarlijk de Moeder des Vaderlands. Haar besluit tot abdicatie heeft ons allen diep aangegrepen. Een besluit, enkel en alleen bepaald door de liefde voor land en Volk, de liefde die zich geeft, de liefde die zich wegcijfert, de liefde, die alleen mam: offert. We kunnen iets bevroeden van de storm van_herinneringen, de vloedgolf van gevoelens, welke door het Koninklijk hart moest slaan bij het uitspreken van deze korte historische rede^ Wie zouin plichtsbesef en trouw de vele zware jaren door leefde, zal slechts met zeer veel pijn zichzelve durven bekennen, dat de tijd van heengaan gekomen is. Plichtsbesef en trouw schreven deze bekentenis echter voor en Koningin Wilhelmina deed onbeschroomd de ernstige stap, geheel in de stijl van Haar vorstelijke loopbaan. Hoe gaarne had ons volk nug vele jaren Koningin Wilhelmina met Haar sterke persoonlijkheid, waarin de beste vaderlandse deugden strijden om de voorrang, aan de Nederlands natie de hoogste en beste gestalte willen zien geven. Zij, die in de jaren der verdrukking onze zekerheid is geweest, dat het eens weer anders zou zijn, was na de bevrijding niet minder toeverlaat voor ieder, die, waar hij de meningen fel zag opbotsen tegen elkander, wankelmoedig dreigde te worden. Wanneer Zij in Haar rede voor de radio ons aanspoort tot eendracht en nog eens een dracht, dan is dit wel heel in het bijzonder Haar recht.

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1948 | | pagina 44