Spreker vraagt of het Rijks Instituut voor zuivering van afvalwater
Ir. II oor man heeft aanbevolen. Voorts wil hij gaarne vernemen of de
gegevens van de bestaande riolering vastliggen, omdat zulks het
werk zeer zal vergemakkelijken.
De VOORZITTER antwoordt, dat burgemeester en wethouders enige
"tijd geleden een onderhoud hebben gehad met Professor Mom,
directeur van het Rijks Instituut voor zuivering van afvalwater.
Bij dit onderhoud waren mede aanwezig vertegenwoordigers van het
ingenieursbureau Noorman. Hieruit blijkt, dat laatstgenoemd bureau
zijn werk uitvoert in nauw contact m<_t het genoemde rijksinstituut,
zodat de conclusie gerechtvaardigd is, dat meergenoemd instituut
accoord gaat met de uitvoering van het onderhavige object door het
ingenieursbureau Noorman.
Ten aanzien van de tweede vraag zegt de voorzitter, dat de
plannen van de bestaande riolering zijn ontworpen door Ir.Roelandts.
Bestek en tekeningen zijn hiervan aanwezig, waardoor de kosten van
het reeds uitgevoerde werk met f. 500,- konden worden verminderd.
Het lid GEERLING antwoordt hierop, dat dit bestek ruim 20
jaren geleden is samengesteld en nadien vele veranderingen in de
riolering zijn aangebracht.
De VOORZITTER deelt mee, dat zulks omstandig door de gemeente
opzichter is doorgegeven. Hetzelfde bureau, aldus spreker, voert
ook opdrachten uit voor de gemeenten Oud- en Nieuw Gastel,
Standdaarbuiten en Hoeven.
Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aange
nomen
12. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet van
TT 40.192,41 voor de uitbreiding van het gasïïüizennëT~n tot vast-
stelling van de hieruitvoortvloeiende 8e wi"3ziging~crêr~gem8ëhte-~
begroting 1945~en de~~5e wijziging van de begroting luTH~vah""Tïêir
gemeentelijk gasbeïïri"jT
Zonder hoofdelijke stemming wordt dienovereenkomstig besloten,
13. Voorstel tot vaststelling van een verordening* bedoeld bij
artikel 9» lid 1 van de v/inkelsluitTngswët 'TT5ü7'sT'bT45'0
Het lid KONINGS deelt - na voorlezing van het prae-advies -
mee, dat hij op 2 gronden tegen dit voorstel is. Allereerst is
hij principieel voor de Zondagsheiliging, vervolgens om redenen van
sociale aard. De werknemersorganisaties hebben er altijd naar ge
streefd de wet in haar geheel toe te passen, omdat zulks in het
belang is van de werknemers. Hij begrijpt niet, dat de plaatselijke
afdeling van de middenstand voor uitbreiding is van de uren, waarop
de winkels des Zondags geopend kunnen zijn.
Het lid KESSEL sluit zich bij de vorige spreker aan. Ook dit
lid is voorstander van de Zondagsheiliging;
Het lid BURGERS is voorstander van een algehele sluiting der
winkels op Zondag. Gaat men de uren van openstelling uitbreiden,
dan zal het gevolg hiervan zijn, dat de ene winkel wel en de andere
niet open is. Oneerlijke concurrentie zal dan weer kunnen optreden.
Het lid GEERLING verklaart zich op principiële gronden tegen
het voorstel. Hij is van oordeel, dat de raad van Oudenbosch als
christelijke raad alles moet doen om de Zondag als rustdag zoveel
mogelijk in stand te houden.
