Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
Het lid G. Jansscns vraagt of het nu niet mogelijk is
om een particulier in de gelegenheid te stellen tot plaatsin
van een consumptietent
De voorzitter neemt dit voorstel gaarne ter nadert
ove rweging ov er
4Voorste] inzake de oprichting en instandhouding van_een
ïandbouwhuishoudschool
■ue voorzitter leest het uitvoerig prae-advies voor en
wiist nog eens nadrukkelijk op de grote betekenis^lke
verbonden is aan de vestiging van een landbouwhuishoudschooj
in Oudenbosch.
Het lid Keij juicht het voorstel toe. hij vestigt
echter de aandacht erop, dut nu. in de Julianabouw dc temen
school is gevestigd en vraagt zich in dit verband af of
met het bestuur dier school reeds contact is opgenomen
omtrent haar verplaatsing. „-ho-.ï
De voorzitter zegt dat het gemeentebestuur dier geheel
buiten staat. Immers de landbcuwhuishoudschool wordt door
de N.C.B. gesticht, zodat het bestuur van deze bond terzake
in overleg moet treden.
Het lid Keij deelt voorts mee, dat het bestuur der
tekenschool de J lianabouw heeft gehuurd van het KerkDestuu
waarvan een overeenkomst is opgemaakt. In deze overeenkomso
komt een bepaling voor inzake de huuropzegging, met inacht
neming van een bepaalde termijn. Hij zou het onjuist achten
indien deze termijn niet in acht wordt genomen. Nadrukkel^..j
wijst hij er nog op, dat dc tekenschool reeds meer dan
40 jaar bestaat, zodat daaruit toch wel mag worden geconclu
deerd, dat zij reden van bestaan heeft.
De voorzitter is het volkomen eens met de vorige spit..*
inzake de grote betekenis van d^ tekenschool voor de gemeen
Het lid Kessel zou gaarne zien dat het Kerkbestuur op
een en ander wordt gewezen en dat voor beide partijen te
voren een bevredigende regeling wordt getroffen.
Op de vraag van het lid Geerling wie de Julianabouw
huurt voor de vestiging van de landbouwhuishoudschool
antwoordt de voorzitter de N.C.B. Voorts vraagt het lid
Geerling welk aandeel precies de gemeente heeft bij de vest
ging van de onderhavige school.
De voorzitter antwoordt dat de raad op grond van de
Hijverheidsonderwijswet moet verklaren, dat de oprichting
en instandhouding der school nodig wordt geoordeeld. 'Qv
gemeente en het rijk betalen gezamenlijk de nette-exploita
kosten, en wel 10°/° voor rekening van het rijk en 30f» voor
rekening van de gemeente. In het deel dat ten laste van de
gemeente blijft, betalen de g. meenten, waaruit l^orlingo-n
afkomstig zijn, ecn bepaalde bijdrage.