informele notitie op richting gemeente. De informatie dient door de gemeente verzorgd te worden. Verder is de heer Jaspers bezorgd over het feit dat volgend jaar het storttarief inclusief het verbrandtarief gelijk zal zijn aan het totaal van wat het dit jaar is. De milieustraten echter worden uit de exploi tatie van De Kragge gehaald en komen afzonderlijk ten laste van de gemeenten. Deze exploitatielast zal rond de 9 miljoen gulden bedragen. Op 100.000 aansluitingen betekent dit een verhoging van f 90, De heer Jaspers vraagt of de werkgroepen die zich bezighouden met de afvalstoffenheffing hier rekening mee houden. Een notitie hieromtrent is richting commissieleden en de betreffende portefeuillehouder gestuurd. Ten aanzien van de milieustraat antwoordt wethouder van der Poel dat de directeur van de RMD hierover gesproken heeft in het portefeui1le- houdersoverleg. De f 90,— verhoging op de afvalstoffenheffing is erg veel. Tegelijkertijd staan de milieustraten ter discussie: moet het aanbieden van afval aan de milieustraat gratis blijven of niet. De voorzitter vult aap dat dit de komende weken in de werkgroepen in het kader van de gemeentelijke herindeling ter sprake zal komen. Hij spreekt de hoop uit dat hierover tijdig, voor 1 januari 1997, beslui ten genomen kunnen worden. Hierna worden de punten 8 t/m 14 door de raad conform het voorstel van burgemeester en wethouders voor kennisgeving aangenomen. De heer Mattheussens spreekt naar aanleiding van punt 15 betreffende het anti-verdrogingsproject Brabantse Wal, zijn bezorgdheid uit over het feit dat rondom het gebied dat 'teruggegeven is aan de natuur' onder aan Calfven, het waterschap het grondwaterpei1 omhoog wil brengen. Dit legt beperkingen op voor de bedrijven in die omgeving. Graag ziet hij dat het college hier aandacht aan besteedt. Wethouder Stoutjesdijk antwoordt dat dit een taak is voor het water schap waarbij ook de belangen afgewogen dienen te worden met betrekking tot de agrarische sector. In de paraplunota landschapsbeleidsplan wordt door de gemeente wel aandacht gevraagd om de verdroging van de Brabant se Wal tegen te gaan. Hierna worden de punten 15 t/m 28 door de raad conform het voorstel van burgemeester en wethouders voor kennisgeving aangenomen. Naar aanleiding van het verslag van de commissie Algemeen Bestuurlijke Zaken onder punt 29, waarin de toezegging staat over de informatie met betrekking tot de Koningin Wilhelmina Kazerne, wil de heer Jaspers graag reageren. Op dit moment vindt volgens de heer Jaspers 'stemming makerij' plaats, waarbij hij verwijst naar het standpunt van D66 om trent de opvang van drugsverslaafden op de kazerne. De heer Jaspers citeert: "dat de colleges van de Zuidwesthoekgemeenten buitengewoon slordig en kortzichtig zijn omgegaan met de belangen van hun gemeenten en de inwoners dat zij lichtvaardig hun verantwoordelijkheden gedelegeerd hebben aan de waarnemend burgemeester van Ossendrecht en hebben verzuimd zich tijdig en in voldoende mate op de hoogte te stel len van de voortgang van de besprekingen die hij voerde met de Rotter damse vertegenwoordigers" Volgens de informatie die de heer Jaspers heeft bereikt, heeft de burgemeester nooit met Rotterdamse vertegenwoordigers gesprekken ge voerd over de invulling van de Koningin Wilhelmina Kazerne, maar is dit gebeurd via het Ministerie van Defensie. 066 stelt verder dat de geslotenheid van de inrichting niet realiseer baar zal zijn, terwijl steeds is gehamerd op het feit dat het gesloten karakter van de inrichting gewaarborgd zal zijn. De heer Jaspers hoopt

Raadsnotulen

Ossendrecht: 1920-1996 | 1996 | | pagina 56