Achterliggende notitie bij het raadsvoorstel tot vaststelling van de
verordening voorzieningen huisvesting onderwijs.
Inleiding
De wet, zoals gepubliceerd in staatsblad 402 van 1996, maakt onderdeel
uit van de bestuurlijke vernieuwingen in het onderwijs alsmede van de
decentralisatie-impuls van rijkstaken. De wet heeft betrekking op het
primair- en voortgezet onderwijs. De wet beoogt de regelingen voor
toekenning van huisvestingsvoorzieningen doelmatiger, eenvoudiger en
doorzichtiger te maken.
Door de inwerkingtreding van bovengenoemde wet per 1 januari 1997
worden de volgende wetten gewijzigd:
- de Wet op het Basisonderwijs (WBO);
- de Interimwet op het (voortgezet) speciaal onderwijs (ISOVSO);
- de Wet op het voorgezet onderwijs (WVO).
De middelen die met de bekostigingsstromen zijn gemoeid, worden per 1
januari 1997 overgeheveld naar het Gemeentefonds.
De wet
De belangrijkste elementen uit de decentralisatiewet zijn de volgende:
- de gemeenteraad zorgt voor alle huisvestingsvoorzieningen op het
grondgebied van de gemeente. Het betreft een overdracht van de
zorgplicht van het rijk, die tegelijkertijd een territoriale
beperking krijgt;
- de gemeenteraad is verplicht een verordening vast te stellen. Hierin
dient onder andere geregeld te worden welke criteria de gemeente
hanteert bij de beoordeling van de verzoeken, hoe bedragen voor de
huisvestingsvoorzieningen worden vastgesteld, aan welke eisen
schoolgebouwen moeten voldoen en welke procedures gelden;
- de gemeenteraad moet jaarlijks een bedrag vaststellen ten behoeve
van de bekostiging van huisvestingsvoorzieningen in het daarop
volgende jaar. Dit bedrag moet zodanig zijn dat daarmee
redelijkerwijs kan worden voorzien in de huisvestingsbehoeften van
het onderwijs in de gemeente;
- de gemeenteraad dient een programma en overzicht vast te stellen;
- de gemeenteraad kan huisvestingstaken doordecentraliseren aan het
bevoegd gezag van een school.
De gelijke behandeling van openbaar- en bijzonder onderwijs is in de
wet vastgelegd. Tevens heeft de gemeente de plicht, indien een bevoegd
gezag van een school daarom verzoekt, advies te vragen bij de
Onderwijsraad.
De verordening
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft ten behoeve van
haar leden een modelverordening ontwikkeld. Belangrijkste afwijkingen
in de verordening zoals deze thans voorligt ten opzichte van het door
de VNG ontwikkelde model zijn:
- het -uitsluitend voor 1997- wijzigen van de datum voor de indiening
van aanvragen in 15 februari;
- het aanpassen van de termijn zoals genoemd in artikel 18 en 24.
Voorgesteld wordt dat indien het afschrift van koop-, huur- of
erfpachtovereenkomst niet aan burgemeester en wethouders is
verzonden, de besturen daar door burgemeester en wethouders op
geattendeerd worden en vervolgens de gelegenheid krijgen binnen twee
weken na attendering alsnog een afschrift te overhandigen;
- het uitsluitend opnemen van kosten bouwvoorbereiding voor nieuwbouw
voor een school die voor het eerst voor rijksbekostiging in