f r 3. Het aantal mobiele kampeeronderkomens als bedoeld in het eerste lid, letter c, wordt vastgesteld op het gemiddelde van een zestal tellin gen gedurende het belastingjaar, waarbij iedere telling valt binnen een afzonderlijke periode van twee maanden. Artikel 7Opteren voor niet-forfaitaire maatstaf van heffing In afwijking van het bepaalde in artikel 6 wordt op een door de belas tingplichtige bij de aangifte gedane aanvraag de maatstaf van heffing vastgesteld op het werkelijke aantal overnachtingen, indien blijkt dat dit aantal lager is dan het op grond van artikel 6 berekende aantal. Artikel 8Belastingtarief Het tarief bedraagt per overnachting f. 0,60. Artikel 9Belastingjaar Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar. Artikel 10Wijze van heffing De belasting wordt bij wege van aanslag geheven. Artikel 11Aangifte 1. De belastingplichtige, aan wie niet binnen een maand na afloop van het belastingjaar een aangiftebiljet is uitgereikt of een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen veertien dagen na afloop van die maand bij het college van burgemeester en wethouders een schriftelijk ver zoek in te dienen om uitreiking van een aangiftebiljet. 2. Het formulier van het aangiftebiljet wordt bij afzonderlijk raadsbe sluit vastgesteld. Artikel 12Aanslaggrens Geen aanslag wordt vastgesteld indien het aantal overnachtingen, waar toe gelegenheid wordt of is gegeven, gedurende het belastingjaar minder dan tien zal of heeft belopen. Artikel 13Voorlopige aanslag Na de aanvang van het belastingjaar, doch niet vóór 1 mei, kan aan de belastingplichtige een voorlopige aanslag worden opgelegd tot ten hoogste het bedrag waarop de aanslag over dat jaar vermoedelijk zal worden vastgesteld. Artikel 14Termijnen van betaling De aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

Raadsnotulen

Ossendrecht: 1920-1996 | 1995 | | pagina 92