d. in de voorportalen moeten een of meer behoorlijke voorzieningen aanwezig zijn om de handen met deugdelijk, stromend drinkwater te kunnen wassen. 2. De burgemeester kan, indien hij van oordeel is dat er sprake is van een bijzonder geval en gewichtige belangen daartoe aanleiding geven, aan een ondernemer van de onder het eerste lid gestelde eisen ontheffing verlenen ten aanzien van een daarbij aangewezen inrichting. 3. De burgemeester kan aan de ontheffing beperkingen en voorwaarden verbinden. BESLISSINGSTERMIJN Artikel 3.7 De burgemeester beslist op een aanvraag voor een verlof binnen dertien weken na de dag waarop de aanvraag is ontvangen. VOORSCHRIFTEN EN BEPERKINGEN Artikel 3.8 De burgemeester kan aan het krachtens artikel 3.2, eerste lid, verleende verlof voorschriften en beperkingen verbinden. WEIGERINGSGRONDEN Artikel 3.9 1. Het verlof wordt geweigerd, indien: a. niet wordt voldaan aan de in artikel 3.5 en/of 3.6 gestelde eisen; b. redelijkerwijs moet worden aangenomen, dat de feitelijke toestand niet met het in de aanvrage vermelde in overeenstemming zal zijn. VERLOF Artikel 3.10 In een verlof wordt vermeld: a. de plaats, waar de inrichting zich bevindt; b. de ligging en de oppervlakten van de lokaliteiten; c. de beheerders; d. de voorschriften of beperkingen die ingevolge artikel 3.8, aan het verlof zijn verbonden. INTREKKING VERLOF

Raadsnotulen

Ossendrecht: 1920-1996 | 1995 | | pagina 86