De heer A.A. van. Dijke verzoekt oms
a. maatregelen nahij het woonwagenkamp, waar drie autowrakken gedeeltelijk op
de rijweg staan?
b. toezending aan de nieuwe raadsleden van het Reglement van Orde van de Raad?
een welwillende benadering van het verzoek van belanghebbenden in het plan
Oost, tot betegeling van de achterpaden.
De voorzitter antwoordt hierop dat 2
a. reeds meerdere malen met de woonwagenbewoners op een humanitaire wijze is
gesproken over de ontoelaatbaarheid van hun handelwijze, doch dat inderdaad
andere maatregelen nu wel dringend nodig worden, waartoe reeds foto's van de
sloop-opslag zijn gemaakt?
b. het gevraagde zal worden toegezonden?
c_. dit nog in behandeling komt.
De heer Wolters wijst op de hinder en het gevaar van spelende kinderen voor be
woners in plan Oost, als gevolg van het.gebruik van de brandgangen door rondrij
dende brommers, en vraagt of de f. 400,— subsidie voor de actiegroep fietspa
den Putseweg reeds is verstrekt.
Het eerste euvel zal de voorzitter aansnijden in de periodieke informatie voor
de inwoners
Hu de vereniging Veilig Verkeer niet aan de gedaohte vorm voor subsidiering
van de actiegroep wil meewerken, kan directe uitkering slechts plaats vinden
indien de raad de gestelde voorwaarde laat vervallen®
Tot dit laatste besluit de raad zonder hoofdelijke stemming
Ter beantwoording van de betreffende vragen van de heer Mattheussens, deelt de
Voorzitter mede dat de bedoelde regeling van opknapsubsidie eigen woningen niet
geldt voor gemeentewoningen en dat verbetering van het gemeentehuis alleen voor
DACW-subsidie in aanmerking zou kunnen komen.
Door de heer van den Eijnden wordt gesteld dats
a. het straatnaambordje "De Kuil" nog prijkt op de woning van de heer van
Dijke in de Lievevrouwestraat
b. hij geen bezwaren ziet tegen het bouwen van garages, als aangehaald door de
heer Suijkerbuijk, mits daarvoor goede materialen gebruikt worden?
c. en vraagt°^elk perceel de in de pers vermelde ontgrondingsaanvrage betrek
king heeft.
Uit het antwoord van de Voorzitter blijkt respectievelijk dat.
a. dit verband houdt met de nog lopende procedure van de onttrekking aan de
openbaarheid
b. op de eerste plaats toepassing moet worden gegeven aan de geldende regelin
gen?
c. de ligging van bedoelde grond zal worden nagegaan.