tl Bevolking Woningvoorraad I960 4206 i960 1006 1962 4219 1962 10 34 1964 4257 1964 1075 .1966 4314 1966 1123 1968 4598 1968 1260 1970 50 53 1970 1339 1972 5003 1972 1492 1973 5116 1973 1547 valt af te leiden dat in de «geven periode de van de bevolking een percentage van 21,6 en van de woning voorraad een percentage van 53.7 aanwijst. I>e gemiddelde woningbezetting inclgestichtsbevolking e.d.) daalde in de periode IbóO - 1973 van 4,18 tot 3.30 personen per woning. Op 1 januari 1974 waren in aanbotivt 75 woningen. De cijfers laten tevens zien dat -indien de groei zou doorgaan als in de achterliggende periode- het door de Minister voorgestande patroon van gebundelde deconcentratie (d.w.z. bundeling van" de verdere verstedelijking binnen de stedelijke zones) niet of althans onvoldoende zal worden gerealiseerdDit heeft dan o.a. de kwalijke gevolgen van: sterke groei van de dorpen, ontvolking van steden, aantasting van het stedelijke niveau van voorzieningen, vol-lopen van centrale open ruimten, gro tere verkeersstromen tussen woon- en werkgebieden, sterk toe nemend energieverbruik De politiek van onze regering dwingt ons het beleid in zake die ruimtelijke ordening te herzien. De idee van vier parochies als patroon van uitbreiding van ons dorp is thans een volkomen irreële conceptie, ook al vertaalt men parochies in wijken. Dwang wordt eveneens uitgeoefend door het provin ciaal bestuur (o.a. in het genoemde streekplan en het eveneens aangehaalde groenplan). Druk komt ook af van de zijde van de regio Bergen op Zoom met de (door ons slechts voorwaardelijk geaccepteerdestructuurschets. En over enige tijd komt er het gezag van het streekgewe st Bergen op Zoom-Roo'send aal zeker en vast invloed zal krijgen op processen van ruimtelijke ontwikkeling. Bovendien hebben die hogere overheden nog meer instrumenten van beheersing op het sttik van de ruimtelijke ordening

Raadsnotulen

Ossendrecht: 1920-1996 | 1974 | | pagina 35