c
Tweede nota bestuurlijke organisatie.
Met verwijzing naar het prae-advies d.d. 18 oktober 1972 wordt namens Burgemees
ter en Wethouders voorgesteld de commissie-nota voor kennisgeving aan te nemen,
onder dankzegging san de commissie.
Naar aanleiding van de opmerking van de heer Suijkerbuijk dat hij de nota erg
beknot vindt, stelt de Voorzitter dat ieder raadslid, na melding bij de secre
taris, het lijvige boekwerk van het I.B.W. thuis kan inzien, waarvoor de heer
Suijkerbuijk zich opgeeft.
Vervolgens wordt de nota zonder hoofdelijke stemming voor kennisgeving aangeno
men.
4. Medewerking aanschaffing leer- en hulpmiddelen Marie Ado.lphineschool.
De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van
Burgemeester en Wethouders d.d. 16 oktober 1972 de gevraagde medewerking te
verlenen.
5. Vaststelling exploitatie-vergoeding per leerling voor 1972*
De Voorzitter verwijst naar het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d.
20 oktober 1972 en deelt mede dat van raadslid van der Poel nog een daarop be
trekking hebbend schrijven is ingekomen, waarbij blijkt dat alle raadsleden een
exemplaar daarvan hebben ontvangen.
De heer van derPoel bepleit ook ter vergadering een hogere vergoeding en baseert
zich daarbij op de Rijense commissie van onderwijs-deskundigen. Hij wijst er
verder op dat het systeem van de projecten jaarlijks kostenverhogend werkt,
het advies van de Inspecteur t.a.v. de b.t.w. niet helemaal wordt gevolgd, de
minimale bezetting van de beide lagere scholen financieel nadelig werkt en de
gemeente Roosendaal f. 188.— per leerling heeft vastgesteld.
De Voorzitter distilleert uit de C.B.S.-cijfers over 1972 hoe gunstig deze ge
meente afsteekt tegenover het Nederlands gemiddelde, het Brabants gemiddelde
en de bedragen in de omliggende gemeenten, en stelt verder dat de uitkering uit
het gemeentefonds uitgaat van een 4^ kostenstijging in 1973» dat men mede daar
door niet ieder jaar een grote sprong naar boven kan maken, het schoolbestuur
de vorig jaar gevraagde begroting en rekening niet heeft overgelegd, het in
spectie-advies voor wat betreft de B.T.W.-vermelding een moeilijk hanteerbaar
en vreemde figuur is en Burgemeester en Wethouders menen dat f. 177*— een a^~
leszins verantwoord vergoedingsbedrag is.
Na beantwoording van de vragen en opmerkingen van de heren Schroeijers (over
legging school-jaarstukken en dubbel materiaal wisselende parallelklassen) van
de heer Jansen (aantal lokalen en leerlingen t.a.v. vergelijkend staatje) en
van de heer Verbiest (wat heeft gemeente Rijen vastgesteld), stelt de Voor
zitter het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 20 oktober 1972 aan de