4 I Per einde lopend schooljaar zullen er 70 leerlingen (hoogste leerjaar) verdwijnen. b. De St.Janschool telt 7 klassen, de Zuster larie Adolphineschool 6 klassen, terwijl beide scholen moeten werken met combinatie-klassen. c. Het eerste leerjaar mag volgens voorschrift niet meer dan 39 leerlingen tellen. Ontheffing is niet mogelijk. d. Het eerste leerjaar in combinatie met een ander leerjaar mag niet meer dan 30 leerlingen tellen. Ontheffing is niet mogelijk. e. De overige leerjaren mogen niet meer dan 40 leerlingen tellen, met inderdaad de mogelijkheid van ontheffing, maar zeker niet ideaal. f. Bij een getal van 202 leerlingen zijn er 7 leerkrachten nodig, tenzij de mogelijk heid van combinatie bestaat. g. Het is voor de hand liggend dat in een dorp met twee lagere scholen gestreefd wordt naar evenwichtigheid in bezetting en niveau, doch de doorvoering van coeducatie is stellig een complicerende factor. h. Al is er één en ongesplitst schoolbestuur, er zijn en blijven twee los van elkaar staande en autonome scholen, met elk een eigen hoofd en docentencorps, met eigen aanpak, ideeën en voorkeuren (b.v. voor bepaalde methoden) en met gescheiden fi nanciële administratie enz. i. B.v. verleende medewerking ex artikel 72 van de Lager Onderwijswet 1920 wordt per school geregistreerd. Ofschoon onderhandse uitleen in bepaalde gevallen mogelijk moet worden geacht, is het in de practijk toch moeilijk door te voeren (rooster- technische problemen, zoek raken, wie oud en wie nieuw j. Het schoolbestuur zo is ons bekend streeft naar zoveel mogelijk uniformiteit van o.a. methoden, maar om diverse technische en andere redenen is eenvormigheid eerst op de langere duur mogelijk. In de tijd wisselen methoden bovendien erg snel. k. Men wil vandag-de-dag ook aandacht schenken aan allerlei experimenten, b.v. in het zelfde leerjaar onderwijs op verschillende niveaux. Ook in Ossendrecht loopt voor één jaar een dergelijk experiment. 1. Het gemeentebestuur en het schoolbestuur willen oprecht voor leerlingen op de beide lagere scholen het optimale niveau van onderwijs ge handhaafd zien en dat zal een voortdurende en toewijdingsvolle inspanning vragen van schoolbestuur, hoofden, docenten enz. en - zo vertrouwen wij - medewerking van Uwe Raad en adhaesie en aanmoediging van de ouders. m. Tenslotte moeten wij gezamenlijk groot gewicht toekennen c,an het advies van de objectieve deskundige, i.e. de inspecteur van het lager onderwijs. Resumerend geven wij U opnieuw in overweging de gevraagde medewerking te verlenen. Burgemeester en Wethpuders van Ossendrecht, De Secretaris, De Burgemeester, L.Mous. A.E.A.van Gils.

Raadsnotulen

Ossendrecht: 1920-1996 | 1971 | | pagina 52