O
f?
Be heer Verbiest wijst er op dat het koperspubli ek als grote belangengroep met is
gehoord, dit zo u zijns inziens kunnen geschied e n via het periodieke voorlichtings
bulletin. Hij ziet in een weekmarkt - in samenhang met een koopavond, aantrekkelijke
kanteno
Be heer Schrceijers noemt het verloop van de op 11 januari 1971 gehouden onenteren e
bespreking een rare vorm van inspraak.
Het betrekking to t de meningen van de heren Verbiest en Schrceijers, stelt de Voor
zitter dat met een weekmarkt welke geen levensvatbaarheid heeft, noch de consument,
no oh de winkelier, noch de markt kooplieden ged iend zijn, dat Burgemeester en «et-
houders het koopavond-idee al enkele malen bij de plaatselijke winkeliers ter sprake
hebben gebracht en dat de door de heer Schroeije rs bedoelde bespreking nooh door,
nooh dnder verantwoordelijkheid van hot gemeentebestuur werd belegd en gehouden.
Het voorstel van Burgemeester en Methouders tot afwijzing van de weekmarkt, aangevuld
met het propageren van een koopavond, wordt door de Raad zonder hoofdelijke stemming
aanvaard
5o Wijziging gemeentelijke belasting.
Toegelicht wordt dat de wet inzake wijziging van de gemeentelijke en provinciale be
las tingen, de mogelijkheid openstelt om naast het verkrijgen van de compenserende
uitkering voor de verv allen opcenten personele- en grondbelasting, deze opcenten te
bl ijven heffen.
Als voordelen daarvan zijn te noemen een meer-opbrengst aan financiële midde /en
en he t afzwakken van een schokverhoging bij invoering in 1973 of later van de woon-
plaatsbelasting.
De Raad besluit vervolgens - overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders - zonder hoofdelijke st emming tot het heffen vim 200 opcenten op do hoofdsom
dor personele belasting voor het belastingjaar 1971 - 1972 en 60 opeenten op de
hoofdsom grondbelasting op gebouwde en 30 opeenten op de hoofdsom grondbelasting op
ongebouwds eigendommen, voor het belastingjaar 1972.
6. Rondvraag.
De heer van der Foei vraagt aandacht voor.
a. de slechte toestand van de Binnenweg?
b. het in orde brengen van de speelweide Molendreef, alsmede verbod-aanduiding voor
honden
c. het hinderlijk plaatsen van aannemers-wagens op het .marktplein.
Blijkens het antwoord van de Voorzitters
a. zal bezien worden of enige verbetering van de Binnenweg tot de mogelijkheden be
hoort
b. zullen Burgemeester en «ethouders daarover in een volgende raadsvergadering un
mening geven?